CD Recensies

TAVENER: PROTECTING VEIL, THE, E.A.

Tavener: The protecting veil; Wake up … and die. Yo-Yo Ma met het Baltimore symfonie orkest o.l.v. David Zinman. Sony SK 62821 (67’02”). 1996

 

Tavener: The protecting veil; The last sleep of the Virgin. France Springuel met I Fiamminghi o.l.v. Rudolf Werthen. Telarc CD 80487 (60’03”). 1997

 

Tavener: The protecting veil; God is with us; The lamb; The hidden treasure (ged.); Funerl Ikos; Annunciation; The last sleep of the Virgin (ged.); Angels; Song for Athene. Resp. Steven Isserlis (vc) met het Londens symfonie orkest o.l.v. Gennady Rozhdestvensky, William Kendall (t), David Dunnett (o) met het Winchester kathedraalkoor o.l.v. David Hill, Vasari Singers o.l.v. Jeremy Backhouse, Chiligirian kwartet, Kin’s College koor, Cambridge o.l.v. Stephen Cleobury, Iain Simroch (slagw.). Virgin 545.352-2 (59'43"). 1991-1998

 

The Protecting veil (of the mother of God, 1987) voor cello en orkest werd door Tavener geschreven in opdracht van de Londense Proms en is geïnspireerd op het orthodoxe feest over de vermeende herverschijning van de maagd Maria in het tiende eeuwse Constantinopel.

De muziek is verdeeld over acht gedeelten, maar er vindt nauwelijks een ontwikkeling in westerse zin plaats. In plaats daarvan neemt de intensiteit van de cellopartij geleidelijk toe alsof het om een vocale klacht gaat terwijl het orkest zich wat op de achtergrond houdt.

Tavener streeft naar een oosters volmaaktheidsideaal, naar een soort tijdeloze spiritualiteit die ongehinderd is door een westerse strijd voor persoonlijkheid en zelfexpressie.

The protecting veil is – ondanks de nadrukkelijke inbreng van een pedaalfiguur door de hoge strijkers – niet bijster pakkend, maar is meer dan achtergrondmuziek: het stuk vergt ongedeelde aandacht en een bereidheid om zich over te geven aan de meditatieve sfeer en het devotiedoel.

Natuurlijk is het interessant om over de opname van de cellist aan wie het werk is opgedragen en die kort na de première werd geregistreerd te beschikken. Het verinnerlijkte karakter van het werk komt hier mooi uit. Iets indringender en extroverter, maar ook beter opgenomen klinkt Springuel.

De opname van Yo-Yo Ma verraadt weer een andere, maar even valide opvatting. Interessant is om deze drie zelf te vergelijken en een keuze te maken.

De overige werken geven een bredere kijk op de tot nu toe ontstane werken van Tavener die vaak is geïnspireerd door de noodzaak om de confrontatie met de dood aan te gaan en de paradox van de Christelijke leer dat die dood  een ervaring is van zowel verlies als bevrijding.