CD Recensies

WOLF: ITALIENISCHES LIEDERBUCH, DAMRAU, KAUFMANN

Wolf: Italienisches Liederbuch. Diana Damrau (s) en Jonas Kaufmann (t) met Helmut Deutsch. Erato 2956-58663 (76’34”). 2018 

Wanneer Hugo Wolf (1860 - 1903) voornamelijk als miniaturist wordt beschouwd, ligt dat vooral aan zijn Italienisches Liederbuch. De 46 liederen hieruit (de eerste 22 verschenen in 1891, gevolg door een tweede bundel met 24 in 1896) zijn gebaseerd op Paul Heyse’s vertaling van Italiaanse volkspoëzie. Het zijn ware juweeltjes. Elke noot en buiging is van cruciaal belang, hoewel de gemoedelijke tekst een lichte, spontane toon aangeeft.

De vrouwenliederen zijn afwisselend plagerig, pruilend en temperamentvol, terwijl de mannelijke bijdragen vaak vurig is, met liefdesliedjes vol verrukkelijke kwinkslagen. Ze hebben alle hetzelfde hoge niveau en geen van hen heeft de reikwijdte om als hoogtepunt te dienen.

In deze liederen is Wolfs meesterschap ook erg toegankelijk, van ‘Auch kleine Dinge’ (dat refereert aan de miniaturistische esthetiek van de liederen) tot het afsluitende ‘Ich hab in Penna’ (waarin een meisje luchtig vertelt hoeveel minnaars ze in elke stad in de omgeving had), culminerend in een opzichtig naspel voor piano.

Het is moeilijk om helemaal recht te doen aan alle zesenveertig liederen. Dat maakt het moeilijker om een keuze te maken tussen de diverse opnamen.

Eind 2013 kwam een elftal daarvan aan de orde in een Vergelijkende Discografie.Daarin werden vooral de opname uit 1967 van Schwarzkopf, Fischer-Dieskau en Moore (EMI 562.650) en de toen nieuwste van Oelze, Blochwitz en Jansen (Berlin Classics BC 1748-2) geroemd. Daarna verscheen in 2011 een uitgave met Erdmann, Gerhaher en Huber (RCA 88697-72720-2) die, hoe goed ook, geen verandering in de rangorde bracht. Dat doet deze nieuwe tot op zekere hoogte wel met heel trefzekere interpretaties van alle deelnemers. Het loont de moeite hiermee kennis te maken. Intentie en sfeer zijn onverbrekelijk gekoppeld en de luisteraar krijgt de indruk stiekem mee te luisteren.