CD Recensies

BRAHMS: LIEDEREN 9

Brahms: Liederen 9. Mondnacht WoO. 21; In der Fremde op. 3/5; Lied op. 3/6; Der Frühling op.6/2; Nachtigallen schwingen op. 6/6; Vom verwundeten Knaben op. 14/2; Gang zur Liebsten op. 14/6; Sonntag op. 47/3; An ein Veilchen op. 49/2; Die Spröde op. 58/3; In der Gasse op. 58/6; Tambourliedchen op. 69/5; Vergebliches Ständchen op. 84/4; Spannung op. 84/5; Adel op. 85/4; In Waldeinsamkeit op. 85/6; Feldeinsamkeit op. 86/2; Bei dir sind meine Gedanken op. 95/2; Schön war, das ich dir weihte op. 95/7; Entführung op. 97/3; Maienkätzchen op. 107/4; Sagt mir, o schönste Schäfrin mein WoO. 33/1; Gar lieblich hat sich gesellet WoO. 33/3; Es ritt ein Ritter WoO. 33/10; Wach auf, mein Hort WoO. 33/13; Mein Mädel hat einen Rosenmund WoO. 33/25; Ach Könnt ich diesen Abend WoO. 33/26; Des Abends kann ich nicht schlafen gehn WoO. 33/38; Ich weiss mir’n Maidlein hübsch und fein WoO. 33/40; Al mein Gedanken WoO. 33/30. Robin Tritschler (t), Harriet Burns (s) en Graham Johnson (p). Hyperion CDJ 33129 (73’57”). 2018

Het was indertijd Brahms, die zich samen met Schumann sterk tientallen jaren lang inzette voor de liederenschat van Schubert gedurende diens postume herontdekking. ’Er is geen enkel lied van Schubert waaruit je niet iets kunt leren’, noteerde hij. Het partnerschap tussen zanger en begeleider, de manier waarop menselijke gevoelens zich op kleine schaal in korte tijd zich kunnen ontwikkelen, dat waren dingen die Brahms zich snel eigen maakte. 

Maar hij leerde eveneens van Schubert om niet alleen de bekende lyrische gedichten van de grote Duitse dichters te gebruiken, maar ook de Duitse volkspoëzie, zoals in zijn Volkslieder en Zigeunerlieder. Maar hij schreef weinig liederencycli en Die schöne Magelone is een uitzondering met weinig succes.

Tussen 1962 en 1979 nam Dietrich Fischer-Dieskau met Daniel Barenboim op 6 cd’s (DG 447.501-2) een omvangrijke verzameling van Brahms’ liederen op, maar dat haalde niet bij de werkelijk complete opname van de honderden liederen die Hyperion met verschillende zangers in de loop der tijd vastlegde. Zo bevat deze aflevering 9 uit deze reeks dertig liederen, die zo’n dertig jaar ontstaanstijd omspannen en waaronder zich een selectie uit de 49 Deutsche Volkslieder en duetten bevinden en juist ook ook veel onbekend materiaal uit de WoO. groep. Ze zijn alle mooi in chronologische volgorde gerangschikt

Robin Tritschler beschikt over een aangename jeugdige stem die vooral de vele amoureuze liederen veel goed doet. Tot de hoogtepunten uit dit programma behoren ‘Waldeinsamkeit’ en ‘Feldeisamkeit’, maar ook het aandoenlijke ‘Vergebliches Ständchen’. De duetten klinken wat minder ideaal, maar dat is een kleinigheid. Hoofdzaak is dat Tritschler voor een van de niet zo talrijke tenorbijdragen aan de liederenschat van Brahms bijdraagt.   Naar ik zag maakte hij eerder in 2014 een cd met 32 Liederen uit de Eerste Wereldoorlog van Magnard, Butterworth. Prokofiev, Delius, Stephan, Coles, Farrar, Milhaud, Browne, Kelly, Keel, Bainton, Dale, Debussy, Head, Roussel, Vellones, Bliss, Gurney, Caplet, en Ives met Malcolm Martineau maakte (Signum SIGCD 401).