CD Recensies

VARÈSE: COMPLETE WERKEN, LYNDON-GEE

Varèse: Arcana; Octandre; Offrandes; Intégrales; Déserts. Maryse Castets(s) met het Pools nationaal omroeporkest o.l.v. Christopher Lyndon-Gee. Naxos 8.554820 (71’05”). 2000

 

Varèse: Amériques; Ecuatorial; Nocturnal; Dance for Burgess; Tuning up; Hyperprism; Un grand sommeil noir; Density 21.5; Ionisation. Thomas Bloch (Ondes Martenot), Elizabeth Watts (s), Maria Grochowska (fl) met Camerata Silezia en Pools nationaal omroeporkest o.l.v. Christopher Lyndon-Gee. Naxos 8.557882 (67’06”). 2005

 

In 1914 werd Edgard Varèse (1883-1965) in Frankrijk meteen aan het begin van W.O. I voor militaire dienst opgeroepen, maar als gevolg van ziekte werd hij gauw weer gedemobiliseerd en ontsnapte hij in 1915 naar de V.S. Na zijn aankomst in New York – waar hij de rest van zijn leven bleef – ontpopte hij zich als een evangelist voor de nieuwe muziek. Hij organiseerde een Internationaal Componisten Gilde voor de presentatie van werken van Stravinsky, Schönberg en Webern en zijn eerste belangrijke compositie Amériques (1922) toonde meteen zijn antiromantische ideeën met het gebruik van veel koper en slagwerk om het gestamp van de Nieuwe Wereld op te roepen.

“Ik weiger om mezelf te beperken tot klanken die al eens zijn gehoord”, verklaarde hij. Nadat hij jaren aan Arcana (1927), een stuk voor 120 musici zonder strijkers, had gewerkt leidde zijn zoektocht naar nieuwe klanken tot Ionisation (1931) waarin sirenes, aambeelden, kalebassen en sneeuwbellen om de aandacht vragen.

In de jaren 1930 en 1940 onderzocht hij het klankpotentieel van verschillende elektromechanische hulpbronnen en nieuwe instrumenten als de theremin en de ondes martenot (laatstgenoemd instrument vinden we uitgebreid terug bij Messiaen).

Ionisation (1937) is uitsluitend voor slagwerk, hier inclusief klokken, piano, glockenspiel, Chinese blokken, aambeelden, bongos tam-tams, een stel trommen en pauken plus sirenes.

In de jaren vijftig volgde onder meer Déserts (1954) een pionierwerk voor magnetische band en in 1958 het voor het Philips paviljoen op de Brusselse Wereldtentoonstelling gemaakte Poème électronique voor tape en 400 luidsprekers; ook Xenakis werkte daaraan mee.

Zeven jaar later stierf Varèse die door Stockhausen een visionair werd genoemd en die Varèse’s visie op een elektronische toekomst verder trachtte te verwezenlijken. 

Hoe goed en belangrijk de volledige opname van het oeuvre van Varèse door Chailly en het Concertgebouworkest ook is, het is alleen in complete vorm in een dure gedaante voorhanden. Daarom is het goed dat ook onverwachts, maar kwalitatief zeker niet beduidend minder in Polen voor een alternatief werd gezorgd, op twee afzonderlijk verkrijbare cd’s tegen een spotprijs 

Verder valt nog te denken aan een oudere opname van Boulez uit New York en Parijs (Sony SMK 45844 met Amériques, Arcana, Density 21.5, Intégrales, Ionisation, Octandre en Offrandes.