CD Recensies

SKALKOTTAS: PIANOCONCERT, VIOOLCONCERT E.A.

Skalkottas: Pianoconcert nr. 1 AK16; Balletsuite Het meisje en de dood AK 12; Ouverture concertante AK 46. Geoffrey Douglas Madge met het IJslands symfonie orkest o.l.v. Nikos Christodoulou. BIS CD 1014 (78’   ). 1998 

 

Skalkottas: Vioolconcert AK 22; Largo sinfonico AK 4a; 7 Griekse dansen AK 11. Georgios Demertzis met het Malmö symfonie orkest o.l.v. Nikos Christodourou. BIS CD 904 (76’43”). 1997

 

De Griekse componist Nikos Skalkottas (1904-1949) behoort in zijn land tot de weinigen die in zijn betrekkelijk korte leven een internationale carrière had. Begonnen als violist leerde hij het vak in Berlijn onder meer bij Jarnach, Weill en Schönberg – nogal tegengestelde invloeden onderging hij zo. In 1933 keerde hij terug in zijn vaderland en speelde om aan de kost te komen aan de achterste lessenaar van een orkest.

Zijn vroege werken, uit de Duitse tijd, zijn vrij compact en heel spiritueel in neoklassieke stijl; na 1927 gaf hij zich over aan atonaliteit en serialisme. 

Blijken van die ontwikkeling zijn natuurlijk duidelijk terug te vinden in de hier opgenomen werken: Het Pianoconcert nr. 1 dateert uit 1931, het Vioolconcert uit 1938, de in totaal 36 Griekse dansen uit  1931/6 met herzieningen uit zijn laatste levensjaar, de Balletsuite uit 1938, de Ouverture concertante en het Largo sinfonico uit de Suite nr. 2 in atonaal uit 1949.

Zo ontpopt het Pianoconcert zich als een grensgeval tussen neoclassicisme en atonaliteit. Hier krijgt het een heel directe, zeer meeslepende verklanking.

Het Vioolconcert is een belangrijk, vitaal stuk in sonate- plus variatievorm met een fraaie integratie van de solopartij die door Demertzis stijlvol wordt ingevuld. 

De selectie uit de Griekse dansen laat aantrekkelijke traditionele volksmuziek in een symfonisch jasje horen en de delen uit de Tweede suite hebben een heel persoonlijk tintje. Dirigent Christodoulou gelooft hoorbaar heilig in deze muziek en houdt er het warmst denkbare pleidooi voor. Merkwaardig dat hij hiervoor naar IJsland moest uitwijken, maar het goede orkest volgt hem met veel inzet keurig.

De tragiek van Skalkottas is, dat zijn muziek feitelijk pas na zijn dood de aandacht krijgt die deze verdient.