CD Recensies

DARGOMYSZKY: RUSALKA, DE ZEEMEERMIN

Dargomyszhky: Rusalka, de zeemeermin. Evelien Dobračeva (s., Natasha = Rusalka), Arutun Kotchinian (bs, molenaar), Vsevolod Grinon (t., prins), Marina Prudenskaja (ms., prinses). Elena Bryleva (s., Olga) e.a. met het WDR Omroepkoor en –orkest, Keulen o.l.v. Michail Jurowski. Profil Medien PH 09024 (3 cd’s, 2u. 45’38”). 2008

 

Natuurlijk is Alexander Dargomyszky (1813-1869) als Russische tussenpaus tussen Glinka en Tchaikonsky het bekendst om zijn onvoltooide opera De stenen gast die na zijn dood werd afgemaakt door Cui en Rimsky en postuum in 1872 in première ging na mislukte voorstellingen in 1856 en 1865.

Dat hij net als Dvorak een opera Rusalka in vier aktes schreef in de periode 1848/55 is minder bekend. Hij baseerde zich ook op het onvoltooide drama van Poesjkin en was dus Dvorak zo’n 45 jaar voor.

Als Natasha bij Poesjkin het water ingaat om Rusalka te worden nadat ze zelfmoord heeft gepleegd, betreedt ze een wereld van waternimfen en zeemeerminnen die als Rusalki half mens, half vis op de bodem van meren en rivieren leven en daar vaak de verschrikkelijkste dingen beleven als in een beangstigend sprookje.

In het libretto volgt de op Natasha verliefde prins haar naar een onderaards koninkrijk, waarvan ze intussen tsarina is. Belangrijk in de opera zijn de uitingen van kwelling en berouw van Natasja’s vader (de molenaar) over zijn verstoten dochter, de pijn van de weggestuurde Natasja en de wroeging van de prins die haar heeft laten gaan. In de laatste akte moet de jonge Rusalochka nog een tekst uitspreken.

Evelina Dobračeva is een heel kenmerkende Natasha met tere en tragische momenten, heel gelijkmatig op hoog niveau zingend tot ze zich aan het eind robuust en dramatisch uit.

Als prins horen we een heel mooi lyrische Vsevolod Grivnov die een geweldig mooie cavatine zingt in de derde akte. Nog een diepere indruk maakt Marina Prudenskaja als prinses door haar totale engagement en met haar prachtige warm-expressieve stem.

De Armeense bas Arutjun Kotchinian is een heel geloofwaardige gierige en later spijt betuigende vader van Natasha. Ook de kleinere rollen zijn goed bezet en duidelijk blijkt hoe verstandig het was om Russische zangers van dit kaliber naar Keulen te halen.

Maar ook Michail Jurowski blijkt meteen in de ouverture al een voor het juiste karakter zorgende en de passende sfeer scheppende dirigent die zorgt dat de opera zo goed mogelijk tot zijn recht komt. 

De door Brilliant Classics overgenomen eerdere opname van Vladimir Fesoseyev uit Moskou (Relief CR 991059, 2 cd’s) uit 1983 is uitgebracht onder nr. 94718, maar blijft hiermee vergeleken wat achter.

En om niet te vergeten: De stenen gast, gebaseerd op Poesjkin’s versie van het Don Juan verhaal, is er van Mark Ermler (Melodiya MEL CD 100-1608 (2 cd’s) en Andrey Chistjakov (Brilliant Classics 940280 2 cd’s).