CD Recensies

GOEBAIDULINA: JUICHT VOOR GOD; LICHT EN DUISTERNIS; HET ZONNELIED

Goebaidulina: Juicht voor God; Licht en duisternis; Het zonnelied. Ivan Monighetti (vc) en Vhristian Schmitt (org) met het NDR Omroepkoor Hamburg en Elbtonal Percussion o.l.v. Philip Ahmann. BIS SACD 2276 (61’50’). 2012

 

In het beroemde Zonnelied bezong de straatarme Franciscus van Assisi dat hij rijk was aan zon, maan, sterren, de lucht, de wind, het water, het vuur, de aarde, de bloemen, het gras en zelfs de dood. Dit lied kent een aantal moderne composities van Messiaen (Saint François d’Assise), Stockhausen (besluit van Samstag aus Licht) en dus van Sofia Goebaidulina uit 1997. Bij haar is het omgestructureerd tot een voor Rostropovich bestemd celloconcert met begeleiding van een instrumentaal ensemble en een obligaat koor.

De solopartij wordt hier ‘gezongen’ door Ivan Monighetti in dialoog met het voortreffelijke Hamburse omroepkoor en twee slagwerkers met marimba, celesta, klokken en met vochtige vingers bespreken waterglazen. Mooie glissandi komen van een flexatone die met een contrabasstrijkstok wordt aangestreken. Het geheel krijgt mede daardoor iets theatraals en het is eigenlijk jammer dat we niets te zien krijgen.

Juicht voor God krijgt hier zijn cd première. Het gaat om drie contrastrijke verzen uit psalm 66 voor koor en orgel die opnieuw aantonen hoe de muziek van deze componiste altijd doordrenkt is van religieuze gevoelens. Ook in Licht en duisternis, een betrekkelijk vroeg orgelstuk uit 1976 gaat om contrastwerking.

Van het zonnelied bestonden al prachtige opnamen van Numajiri (met Rostropvich, EMI 557.153-2), Reuss (met Wispelwey, Channel Classics CCS SA 20904), Parkman (met Geringas, Chandos CHAN 10106) en de waarschijnlijk mooiste van Sirmais (met Alststädt, ECM 476.466-2). 

Maar ook deze nieuwere uitgave is over de hele linie geslaagd en klinkt opperbest. Hij is vooral de moeite door het bijna 9 minuten durende Juicht voor God dat we nog niet kenden. Dat alles in het Duits wordt gezongen, is logisch sinds Goebaidulina zich in 1992 in de buurt van Hamburg vestigde.