CD Recensies

GORECKI: SYMFONIE NR. 3, BOREJKO

Górecki: Symfonie nr. 3 op. 36 Symfonie van treurliederen. Ewa Iżykowska (s) met het Poznan filharmonisch orkest o.l.v. Andrzej Borejko. Dux 1459 (54’55”). 1995

 

Het klinkt misschien verrassend dat deze hevig stichtelijke compositie uit 1976 voor de nodige ophef zorgde toen deze in 1992/3 voor het eerst kritisch wed beoordeeld. Met onverholen vreugde plaatste platenmaatschappij die met Dawn Upshaw en David Zinman (Nonesuch 7559-79282-2) twee advertentiepagina’s in het maandblad The Gramophone. De eerste citeerde de diverse recensenten die het werk veroordeelden als incompetent en te simplistisch en de tweede gaf simpelweg de statistieken weer van de verkoopcijfers van de bewuste cd en het succes daarvan op de hitlijsten.

Misschien brachten deze hun boodschap niet erg subtiel, maar ze lieten in elk geval zien dat luisteraars prima in staat waren om nieuwe muziek te omarmen, mits ze daartoe op de juiste manier werden aangesproken. 

Desondanks kwamen vele mensen die Górecki’s muziek verder gingen verkennen in de hoop meer van hetzelfde te kunnen horen met een schok tot de ontdekking dat het voor het grootste deel ging om werken van een toegewijde avant-gardist.

De grauwe oorsprong van deze symfonie staat in feite in fel contrast met de aard van de muziek, draaiend om een gebed dat een ter dood veroordeeld tienermeisje in de wand van een Gestapogevangenis had gekrast.  

Het werk werd geschreven ter herdenking van het Nazi-bombardement van Gdansk op 1 september 1939, toen vijftig jaar geleden.

Uit oogpunt van de uitvoering is de symfonie robuust, maar vreemd onbuigzaam. Zinman bracht London Sinfonietta echter met ogenschijnlijk gemak tot een hartstochtelijke uitvoering. Maar bovenal bracht de stem van Dawn Upshaw, die het schijnbare contrast tussen kwetsbaarheid en veerkracht - het emotionele hart van dit werk - belichaamt, deze opname op eenzame hoogte.

Tegenover deze Angelsakische visie plaatst DUX een bijna even oude versie uit het land van oorsprong dat menige ervaring had met opdeling en onderdrukking. Dat moet ook nu nog voor een extra dimensie aan gesublimeerd leed teweegbrengen. Niet alleen dat, maar meteen de geweldige begincanon krijgt een energieke extra dimensie met heel exact helder orkestspel dat zich door het hele werk voortzet

En dan is er de Poolse soliste Ewa Iżykowska die met haar donkere sopraanstem een extra emotionele bron aanspreekt en waarschijnlijk beter dan Upshaw en haar landgenote Stefania Woytowicz (Olympia OCD 313) tot de essentie van het vocale gedeelte doordringt. Borejko houdt voortdurend, tot aan het verstilde slot toe, de spanning er goed in.

Als ik nu nog van dit werk een cd moest kiezen, zou het waarschijnlijk deze zijn.