CD Recensies

GLIÈRE: OCTET

Glière: Strijkoctet in D op.5; Hahn: Pianokwintet in fis; Shostakovitch: Stukken voor strijkers nr. 1 en 2 op. 11. Byol Kang en Yura Lee (v), Gergana Gergova (v), Florian Donderer (v), Hanna Weinmeister (va), Timothy Ridout (va), Tanja Tetzlaff (vc), Alban Gerhardt (vc) c.q. Artur Pizarro (p), Anna Reszniak (v), Elisabeth Kufferath (v), Yura Lee (va) en Gustav Rivinius (vc) c.q. Florian Donderer (v), Byol Kang (v), Yura Lee (v), Gergana Gergova (v),Tatjana Masurenko (va), Hanna Weinmeister (va) Alban Gerhardt (vc) en Tanja Tetzlaff (vc). AVI 855310-2 (64’00”). 2018

Een ongewone, maar zeer welkome combinatie van een paar Russische en een Franse componist. 

Het is goed voorstelbaar dat het Strijkoctet uit 1900 van de jonge, nog niet door het Sovjetsysteem gedwongen student Reinhold Glière (1875 - 1956) in Rusland een genoot dan dat van Mendelssohn. Het gaat ook inderdaad om een fris, mooi werk.

Ook de twee Stukken - Prélude en Scherzo - van Shostakovitch zijn nog een vrij zorgeloos product uit zijn jeugd toen hij nog in St. Petersburg studeerde.

Met de overstap naar het Frankrijk komen we in een andere wereld. Dat Reynaldo andere interessante werken schreef dan zijn in hoofdzaak uit liederen bestaande oeuvre, blijkt hier mooi. Zijn Pianokwintet uit 1922 staat in de Franse laatromantische traditie van Franck aan wie hij een goed voorbeeld had.

Laten we dankbaar zijn dat de tien betrokken musici die bij dit project betrokken zijn zo’n goed ad hoc ensemble vormen en voor toegewijde, homogene verklankingen zorgen. Juist die drie verschillende werelden maken het interessant. Van het Octet van Glière bestaat, samen met diens Sextet, een opname van het Berlijns filharmonisch strijkoctet (MDG MDG 308-1196-2), voor Shostakovitch is een alternatief van het Medici en Alberni kwartet (Nimbus NI 7109) en voor het Kwintet van Hahn bijvoorbeeld van Stephen Coombs en het Chilingirian kwartet (Hyperion CDA 67258).