CD Recensies

KAKABADSE: DIVERSE WERKEN

Kakabadse: The mermaid; Russian tableaux; The song of the shirt; Arabian rhapsody suite; The phantom listeners. Kit Hesketh-Harvey (spr), Emma Brain-Gabbott (s), Clare McCaldin (ms), Michael Bundy (b), Madeleine Easton (v), Sarah-Jane Bradley (va), Bozidar Vukotic en Caroline Dale (vc), Tim Amherst en Ben Griffiths (cb), Christian Wilson (p, org), Ben Fullbrook (slagw), Nigel Shipway (pauken) o.l.v. George Vass. Naxos 8.572524 (75’12”). 2010

 

Kakabadse: Concertato. The coachman’s terror; Dance sketches; Concertato; Chamber songs nr. 1 en 2; Cantos planus; Recitativo arioso met 2 variaties. Tim Lowe (vc), Ben Griffiths (cb), Jess Dandy (ms) met Sound Collective. Divine art DDA 25149 (68’43”). 

 

In januari 2017 publiceerde NRC Handelsblad een lijstje met vrouwelijke componisten. Vreemd genoeg werd daarin niet alleen Barbara Strozzi niet genoemd, maar ook de Nederlandsen Dina Appeldoorn, Fania Chapiro, Nancy van der Elst, Huba de Graaff, Mayke Nas, Matty Niël en Marjo Tal (om maar een handjevol te noemen niet. Er bevindt zich zelfs Marianne van Oranje-Nassau onder (zie Fonografie Muziek, Vrouwelijke componisten). Daaraan kan een nieuwe naam worden toevoegd.

Lydia Kakabadse (1955) werd in het Engelse Southport geboren en haar nam suggereert een exotische globalistische achtergrond. Dat blijkt te kloppen want haar vader komt uit Georgië en haar Grieks/Oostenrijkse moeder groeide op in Engeland. Als kind al begon ze piano te spelen en te componeren, ging zelfs dansen en wie op internet haar biografie bekijkt, vindt nog heel wat meer interessante details.

Naxos was het eerst om muziek van haar op te nemen. Het verrassende is dat deze zo aangenaam en toegankelijk van aard is. Neem The song of the shirt voor mezzo en piano op een tekst van Thomas Hood over armoede en uitbuiting dat ze al op vijftienjarige leeftijd schreef. Heel sprekend en melodieus.

Verder blijkt de componiste een voorkeur te hebben voor het strijkkwartet waarin de contrabas de tweede viool vervangt. Op de eerste cd blijkt dat uit de Arabian rhapsody suite en Russian tableaux, beide driedelige werken die ieder in een minuut of tien voorbij zijn, niets diepzinnigs hebben, maar wel mooi een couleur locale schilderen. 

The phantom listeners is voor verteller, sopraan, mezzo, bariton, orgel en ensemble en dus qua bezetting het omvangrijkst. Het stuk, feitelijk een cantate, is gebaseerd op het gedicht The listeners van Walter de de Mare uit 1912, voorzien van extra tekst door Jen Syrkiewicz, deels in Latijn.  Het is een opvallend en markant werk dat door zijn instrumentatie met bekkens, kleine trom en klokken iets tijdeloos heeft en in de verte aan Orffs Carmina burana doet denken. Afgezien van een wat melodramatische verteltrant van Heskeh-Harvey zijn allen vertolkingen heel goed geslaagd.

Op de tweede cd krijgen we meer van die interessante werken van Kakabadse te horen. Ook hier domineren de donkere tinten van een strijkkwartet minus tweede viool, plus contrabas.

The coachman’s terror bestaat uit de beschrijvende delen ‘Snow storms gather’, ‘Stranded amidst swirling snows’, ‘Evil spirits gather round’, ‘A landscape so desolate’ en ‘Straying into the unknown’. Niet erg opwekkend, wel vol spanning.

Bij de Dance sketches gaat het om ‘Arabian folk dance’, ‘Stately court dance’ en ‘Dance of the clockwork’s toys’. Dat zorgt voor levendigheid. Concertato is een vierdelig kort concertje voor cello en contrabas dat nog geen kwartier duurt en alleen uit andantes bestaat. De twee Chamber songs dragen de titel ‘Spellbound’ en ‘Eldorado’. Cantus planus heeft overeenkomstig de liturgie als delen ‘Matins’, ‘Lauds’ en ‘Vespers’.

Een heel gevarieerd programma, knap en goed verzorgd uitgevoerd.