CD Recensies

BORTKIEWICZ: PIANOWERKEN (geactualiseerd)

Bortkiewicz: Pianostukken op. 24 nr. 1-3; Ein Roman op. 35 nr. 1-8; Pianostukken op. 6 nr. 1-3; Pianosonate nr. 2 in cis op. 60; Préludes op. 66/1 en 2; Minuit op. 5; Préludes op. 40 nr. 1-7; In ¾ Takt op. 48; Préludes op. 13 nr. 1-6; Pensées lyriques op.11 nr. 1-6. Klaas Trapman. Erasmus WVH 271/2 (2 cd’s, 2u. 00’48”). 2002

 

Bortkiewicz: Pianostukken op. 65 nr. 1-4; Impressies op. 4; Études op. 15 nr. 1-10; Pianosonate nr. 1 in  Bes op. 9; Ballade in cis op. 9; Elegie in Cis op. 46; Walsen op. 27 nr. 1-3; Kindheit op. 39; Pianostukken op. 10 nr. 1-4; Lyrica nova op. 59. Klaas Trapman. Nederlands Muziekinstituut C 10946 (2 cd’s, 2u.17’18”). 2004 

 

Bortkiewicz: Lamentations et consolations op. 17; Marionetten op. 54; Pianostukken op. 12 nr. 1-3; Pianostukken op. 12 nr. 1-3; Pianostukken op. 3 nr. 1-4; Aus meiner Kindheit op. 14; Préludes op. 33 nr. 1-10. Klaas Tapman. Nederlands Muziekinstituut C 11778 (2 cd’s, 1u. 44’06”). 2006.

 

Bortkiewicz: Études op. 15 nr. 1, 2, 5, 6, 7, 9, 10; Études nouvelles op. 29 nr. 1 ‘La bionde’, nr. 2 ‘La rousse’, nr. 3 ‘La brune’, nr. 6 ‘Le héros’, 5 ‘Le poète’; Impromptu’s op. 24 nr. 3 ‘Eros’; Lamentation in cis op. 17/3; Consolation in Des op. 17/4; Préludes op. 40/1 in Fis, op. 40/4 in Fis, op. 40/5 in D, op. 40/6 in fis; op. 33/1 in cis, op. 33/5 in A;op. 33/7 in Fis, op. 33/8 in Des, op. 33/10 in bes; Elegie in Cis op. 46; Im ¾ Takt op. 48; ‘España’ uit Stukken voor viool en piano op. 63 (bew). Cyprien Katsaris. Piano 21 21004 (76’44”). 1995

 

Bortkiewicz: Préludes op. 66 nr. 1-6; Fantasiestukken op. 61 nr. 1-6; Lyrica nova op. 59; Mazurka’s op. 64 nr. 1-3; España op. 63/4; Joegoslavische suite op. 58; Pianosonate nr. 2 in cis op. 60. Nadejda Vlaeva. Hyperion CDA 68118 (75’52”). 2015

 

Bortkiewicz: Pensées lyriques op. 11 nr. 1-6; Lamentations et consolations op. 17; Pianostukken op. 65 nr. 1-4; Préludes op 66/1 en 2. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9714 (76’58”). 2006

 

Bortkiewicz: Ballade op. 42; Elegie op. 46; Préludes op. 33 nr. 1-10; Minuit op. 5; Walsen op. 27 nr. 1-3. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9719 (69’53”). 2007

 

Bortkiewicz: De kleine zwerver op. 21; Préludes op. 13 nr. 1-6; Marionetten op. 54; Pianosonate nr. 1 in B op. 9. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9723 (67’50”). 2006

 

Bortkiewicz: Pianosonate nr. 2 in cis op. 60; Aus meine Kindheit op. 14; Préludes op. 15 nr. 1-10. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9730 (74’47”). 2008

 

Bortkiewicz: Pianostukken op. 10 nr. 1-4; Pianostukken op. 24 nr. 1-3; Études nouvelles op. 29 nr. 1-12. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9736 (72’24”). 2010

 

Bortkiewicz: Prélude op. 6/1; Esquisses de Crimée op. 8; Im ¾ Takt op. 48; Lyrica nova op. 59; Pianostukken op. 3 nr. 1-4. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9740 (73’01”). 2009

 

Bortkiewicz: Pianostukken op. 7 nr. 1, 2; Pianostukken op. 12 nr. 1-3; Préludes op. 40 nr.1-7; Uit Andersens sprookjes op. 30. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9741 (73’13”). 2011

 

Bortkiewicz: Impressies op. 4; Roman voor piano op.35; Pianostukken op. 6 nr. 1-3; Kindheit op. 39. Jouni Somero. Finnconcert FCRCD 9742 (2 cd’s, 1u.30’41”). 2011

 

De schaduw van de van origine Oekraïnse componist Sergei Bortkiewicz (1877-1952) leeft voort in de bemoeienissen van mensen als de Canadees Bhagwan Thadani, de Nederlanders Hugo van Dalen (die in 1913  in Berlijn zijn eerste pianoconcert uitvoerde), pianist Klaas Trapman die zijn pianowerken opneemt en van Wouter Kalkman die een aan de componist gewijde website opzette. Laatstgenoemde vestigde mijn aandacht op de componist.

Deze vluchtige inventarisatie van zijn opgenomen werken voor pianosolo laat zien dat een groot deel van het oeuvre van de componist fonografisch is ontsloten. Goed dat het ter beschikking is, al heb ik nauwelijks grondig naar al het hier genoemde materiaal geluisterd. 

Bortkiewicz heeft als romantisch melodicus best een eigen geluid, maar staat in zijn muziek wat te duidelijk in het krijt bij belangrijker Russische voorgangers en de daar gangbare Zilveren Eeuw stijl. Eigenlijk is hij in die tijd dtil blijven staan en liet hij tot het eind van zijn leven alle vernieuwende stromingen aan zich voorbijgaan. Maar sommige stukken vormen best aardig toegiftmateriaal.

Net als veel andere Russische pianist-componisten verliet ook Bortkiewicz de Sovjet Unie kort nadat de communisten aan de macht waren gekomen en eindigde hij na omzwervingen in Duitsland in 1922 in Wenen, waar hij op 75-jarige leeftijd in 1952 overleed. 

Wie oppervlakkig de lijst opusnummers van 1 tot 74 doorneemt, stuit vooral op veel korte solo pianowerken, maar ook op drie pianoconcerten (op 16,  op. 28 en op. 32 (veelzeggend met de ondertitel ‘per aspera ad astra’), een losse Ouverture op. 53, een vioolconcert op. 22, het ballet Arabische nachten op. 37, het symfonisch gedicht Othello op. 19, de opera Acrobaten op. 50, de vioolsonate op. 26, stukken voor cello en piano op. 25 en een handvol lederen. Bepaald geen gering oeuvre.

De Finse pianist Jouni Somero heeft in een moedige onderneming de complete pianowerken onder handen genomen. Een aantal van zijn intussen verschenen, maar niet beluisterde opnamen is hier vermeld.

Wel enige keren grondig gehoord zijn de Nederlandse opnamen van Klaas Trapman. Daarbij viel vooral de pianosonate nr. 2 op. Dit werk werd in 1942 geschreven, maar als er bij vermeld was dat het  uit 1893 was, had men dat onmiddellijk geloofd. De componist brengt ons hier terug in de wereld van Tchaikovsky en Rachmaninov. Wat Rachmaninov betreft echt, want hij citeert een paar keer diens pianoconcert nr. 2, maar eveneens de eerste symfonie van Kalinnikov.

Maar onderschat  dit vierdelige werk niet. Het zit vol kostelijke, direct aansprekende thema’s en laat horen dat de componist niet de verwachte epigoon is, maar ook aardige eigen gedachten heeft en die fraai uitwerkt. Nadejda Vlaeva nam het werk intussen tweemaal op en is in de rest van haar recente recente recital zeer goed op dreef, ze weet te bekoren, schuwt enig rubato niet. Ze had alleen een wat warmer klinkende opname verdiend.

Oneerbiedig is het materiaal dat Bortkiewicz naliet wel omschreven als ‘één deel wodka op twintig delen water’. Net als iemand als Gretchaninov belandde hij in de tweede garnituur sfeer. 

Wie erg kritisch is, kan Bortkiewicz makkelijk afschrijven als een handelaar in tweede garnituurs muziek, maar zijn meest lyrische tongval heeft best iets aangenaams en geruststellends.

Meer pianisten waagden zich aan met kortere bijdragen aan Bortkiewicz’ pianowerken: De tweede pianosonate is bijvoorbeeld ook door Pierre Huybregts (Centaur CRC 2096) opgenomen. De Canadees Bhagwan Thadani wijdde onder de titel ‘De vergeten romanticus’ een website aan de componist met een inventarisatie van de bestaande opnamen. Wie wil kan die nader bestuderen en eventueel nadere keuzes maken.

Wie iets van de symfonicus Bortkiewicz wil horen, kan voor diens symfonieën nr. 1 in D en 2 in Es terecht bij het BBC Schots orkest onder Martyn Brabbins (Hyperion CDA 67338).