CD Recensies

BRAHMS: SCHÖNE MAGELONE, DIE, E.A., BEHLE

Brahms: Dis schöne Magelone nr.1 - 15 op. 33; Meine Liebe ist grün op.63/5; Juchhe op. 6/4; Dämmrung senkte sich von oben op. 59/1; Liebestreu op.3/1; An die Tauben op. 63/4; Von waldbekränzter Höhe op. 57/1; Gesproken teksten: Er kam nach vielen Tagreisen; In der selben Nacht; Dieses Lied rührte Magelonen; Der Ritter befand sich; Der Ritter ging heimlicherweise; Der König Magelon; Die Nacht war gekommen; Peter betrachtete dasholdselige Angesicht; Magelone erwachte; Peter erholte sich aus seiner Betäubung; So verstrich eine Woche nach der andern; Peter erschrack im Herzen; Als das Morgenrot aufging. Daniel Behle (t), Sveinung Bjelland (p), Hans-Jürgen Schatz (spr.). Capriccio C 5203 (2 cd’s, 2u. 20’51”). 2013

 

Brahms: Die schöne Magelone op. 33; Schubert: Auf der Donau op. 21/1 D. 553; Der Wanderer op. 65/2 D. 649; An die Freunde D. 654; Prometheus D. 674; Heliopolis nr. 2 D. 754; Der Wanderer an den Mond D.870; Fischerweise D. 881. Dietrich Fischer-Dieskau en Benjamin Britten. BBC Legends BBCL 4255-2 (1u. 16’06”). 1965/1972

 

Aan een opera heeft Brahms zich nooit gewaagd. Het dichtst in de buurt kwam hij met de toonzetting van Die schöne Magelone, een geromantiseerde sprookjesachtig avontuurlijke ridderroman, uiteraard een liefdesverhaal van Ludwig Tieck, in combinatie met bijgevoegde gedichten. 

Het gaat meteen ook om de enige liederencyclus van deze componist. Onderwerp is het leven en de liefde van de jonge  graaf Peter uit de Provence rond de schone Magdelone zoals die reeds was verteld in een boek met oude volksverhalen onder meer ook uit Duizend en één nacht.

Peter wil de wereld in trekken en zijn moeder geeft hem drie ringen mee. Eenmaal in Napels ziet hij Magelone en wordt prompt verliefd op haar. Via een bediende komt Magelone in het bezit van twee ringen. De derde krijgt ze tijdens een geheime ontmoeting. Omdat Magelone door haar vader is voorbestemd voor een andere bruidegom, vlucht ze met Peter. Tijdens een rustpauze onderweg steelt een raaf de drie ringen en laat ze in zee vallen. Peter springt in een boot om ze te zoeken, komt in een storm terecht en landt tenslotte bij de Moren die hem aan een sultan verkopen. De dochter van de sultan, die verliefd is op Peter, wil er met hem vandoor. Peter maakt van deze gelegenheid gebruik om naar zijn thuisland te vluchten waar hij zich tot slot met Magelone verenigt.

Normaal gesproken worden de vijftien lederen als gesloten geheel vertolkt, maar hier horen we ze tweede maal op de tweede cd met gesproken tekst tussen de liederen. 

Logisch dat dit materiaal al snel tot het domein van Dietrich Fischer-Dieskau behoorde. Zijn eerste opname van de cyclus maakte hij in 1952 met Hermann Reutter (Audite 95.581), een tweede in 1953 met Hertha Klust (Archipel ARPCD 0296), daarna volgden opnamen met Sviatoslav Richter in 1965 (Ars Disc 337) en 1970 (Orfeo C 490-981 B), maar het meest bijzonder is de hierboven genoemde recitalopname met Benjamin Britten.

Natuurlijk zijn er zeker uit de laatste tijd ook andere uitgaven. Uit 1967 van Bernhard Kruijsen en Noël Lee (Auvidis V 4800), uit 1988 van Hermann Prey en Jörg Demus (DG 427.334-2), uit 1998 van Andreas Schmidt en Helmut Deutsch (CPO 999.443-2), uit 1999 van Michael Volle en Charles Spencer (Ars Musici AM 1191-2) en uit 2010 van Dominik Wörner en Masaaki Suzuki (Ars 38497-2).

En dan zijn er naast deze nieuwe uitgave van Behle c.s. ook nog versies met gesproken teksten: Hermann Prey, Helmut Deutsch met Annette Prey (Orfeo C 116842 H, 1983), Hans-Peter Blochwitz, Eric Schneider met Conny Froboess (Berlin Classics BC 1125-2, 1995), Rolf Lukas, James Alexander met Thomas Sauerteig (Concerto Bayreuth CB 16016, 1997), Christoph Prégardien, Andreas Staier met Senta Berger (Teldec 8573-80915-2, 2000) en Konrad Jarnot, Carl-Heinz März met Inge Borkh (Orfeo C 050-041 A uit 2002).

Baritons en tenoren gaan vrijwel gelijk op. De voorlopig jongste versie is in zoverre bijzonder dat Behle het werk eenmaal linea recta zingt en het op de tweede cd van gesproken teksten liet voorzien. Dat liet nog ruimte voor flankerende liederen.

Men had voor mensen met een programmeerbare cd speler ook kunnen volstaan met één keer volledig en de eventueel ongewenste teksten weg kunnen sorteren. Hoe dit ook zij: in vocaal, reciterend en pianistisch opzicht is het resultaat mooi geslaagd.

Fischer-Dieskau neemt nog steeds een haast onaantastbare plaats in en bij de overigen imponeert vooral ook Andreas Schmidt.