YAMAHIRO BRINKMANN, MIME: CELLO RISING

Mime Yamahiro Brinkmann: Cello rising. Galli: Cellosonate nr. 3 uit Trattenimento musicale; degli Antonii: Ricercare op. 1/10; Gabrieli, D.: Cellosonate in G; Telemann: Gambasonate in D TWV. 41/D3 uit Der getreue Musikmeister; Boismortier: Sonate voor 2 basinstrumenten in G op. 50/2; Boccherini: Cellosonates in Bes G.8 en in A G.4. Met Björn Gäfvert (kl) en Karl Nyhlin (git). BIS SACD 2214 (70’11”). 2015

 

Het is de moeite waard om zich even in de historie van de cello te verdiepen en te zien hoe het instrument zich vanuit ve viola da gamba via  de vijfsnarige vorm van Tardieu tot de definitieve viersnarige van Gasparo de Salo ontwikkelde rond 1600.

De Japanse, In Denemarken actieve Mime Yamahiro Brinkmann die tot nu toe voornamelijk op cd te horen was als lid van ensembles zoals net Bach Collegium Japan, La petite bande en Drottningholm Baroque, keert hier als soliste terug tot die oudste bronnen waarin de cello aan zelfstandigheid wint na aanvankelijk vooral als begeleidingsinstrument in de kerkmuziek te hebben gediend.

Ze illustreert die doorbraak met twee solosonates van Domenico Galli, Giovanni Battista degli Antonii en Domenico Gabrieli die rond 1690 werden geschreven en nog een bescheiden indruk maken. Ze ademen een duidelijke danssfeer.

Bij Telemann in Duitsland en Bodin de Boismortier in Frankrijk kreeg het instrument aan het begin van de achttiende eeuw al meer solistische allure en werden de mogelijkheden van het instrument beter uitgebuit. Maar pas in de sonate van Boccherini uit 1771 horen we hoe de cello als volwaardig, veelzijdig instrument met gebruikmaking van alle, ook virtuoze mogelijkheden tot wasdom is gekomen.

In deze excursie wordt ze waar nodig in stijl begeleid door Björn Gäfvert op een Frans dubbelmanuaal klavecimbel en Karl Nyhlin op een vijfsnarige barokgitaar. Afgezien van wat ruwe kantjes in de realisatie van de lastigste momenten wordt al deze werken, de meeste met een elegante inslag, goed recht gedaan.