SEQUENTIA LIEDEREN UIT DE TIENDE, ELFDE EEUW

Sequentia o.l.v. Benjamin Bagby: Verloren anonieme liederen van een Rijnlandse harpspeler uit de tiende en elfde eeuw. Felix qui potuit boni; Caute cane, cantor care; Magnus cesar Otto; Rota modos arte; David reges inclita proles; Cigni; Foebus abierat; Clangam, filii; Phebi claro; Aurea personet lira; Iam, dulcis amica, venito; Advertite, omnes populi; O admirabile Veneris idolum; Puella turbatal; Suavissima nunna; Veni, dilectissime. Duitse Harmonia Mundi DHM 82876-58940-2 (74’29”). 2002

Onder aanvoering van Benjamin Bagby breekt het vanuit Parijs opererende Sequentia op verschillende cd’s een lans voor middeleeuwse vocale muziek. ‘Een enkele keer kunnen we weten hoe die muziek is uitgevoerd, maar niet hoe die klonk’, benadrukt Bagby nog maar eens het eeuwige dilemma van oude muziekgezelschappen.

Op deze - een van vele - cd’s doet hij een fraai gelukte gooi naar droomuitvoeringen van 16 gezangen uit de tiende en elfde eeuw uit het Rijnland die vaak in kloosters en kathedralen zijn teruggevonden met de solozangers Agnethe Christensen, Eric Mentzel en Benjamin Bagby met harp, lier en fluitbegeleiding door Norbert Rodenkirchen en Benjamin Bagby.

Zo gaaf en verzorgd voorgedragen als door deze beroepsmusici zal het vroeger zeker niet hebben geklonken, maar een ideaalbeeld van dit genre kan niet schaden. Sequentia heeft meer van deze vocale oude muziek opnamen in de aanbieding.