FREY, ELINOR: BERLIJNSE (CELLO)SONATES

Elinor Frey: Berlijnse sonates. Abel: Cellosonates in G WKO. 147 en A WKO. 148; Bach, J.C.F.: Cellosonate in A; C.P.E.Bach: Pianosonate in G Wq. 62/19; Benda: Progressieve Étude nr.25 in d; Caprice nr.16 in D Graun: Cellosonate in C; Kirnberger: Solocellosonate in C WV B XVII/53. Met Lorenzo Ghielmi (vc) en Marc Vanscheeuwijck (cb). Passacaille PAS 1006 (74’04”). 2015

 

Elinor Frey: La voce del violoncello. Solowerken van de Italiaanse componisten Colombi. Dall’Abaco, Supriani, Galli, Vitali, Ruvo, D. Gabrieli. Passacaille PAS 993 (60’55”). 2013

 

Vooral de zesde solocellosuite BWV 1012 van Bach maakt het cellisten lastig, want feitelijk verlangt de componist daar een extra snaar die een kwint hoger is gestemd dan dan de ‘A’. Die extra snaar in ‘E’ verruimt het bereik aan kleuren en vergroot de resonantie. De klank komt zo dichter in de buurt van de gamba. Bach implementeerde die vijfsnarige bas ook in sommige van zijn cantates. 

Dat dit behalve bij vader Bach ook van voordeel kan zijn bij kamermuziekwerken van andere Duitse barokcomponisten toont de Canadese celliste Elinor Frey hier aan. Ze ontwikkelde zich tot een oude muziek specialiste en heeft muzikaal buitengewoon veel nuttigs te vertellen.

Voor de cd met Berlijnse sonates vond Frey goede, gelijkgestemde partners in cellist Lorenzo Ghielmi en contrabassist Marc Vanscheewijck om de verschillend geaarde sonates niet als dorre plichtsbetrachting, maar levendig genuanceerd en zeer stijlbewust tot vitaal leven te wekken. 

Op haar debuut cd voerde Elinor Frey met evenveel kundigheid voor de meesten onbekende barokke Italiaanse solocomposities uit. Met beide uitgaven maakt ze aanspraak op grote waardering voor haar initiatieven.