BEZETTING SPEELT, DE: MADE IN ST. PETERSBURG

De bezetting speelt. Made in St. Petersburg. Moesorgsky: Schilderijententoonstelling (bew. Van Eerdewijk); Glinka: Septet in Es; Prokofiev: Kwintet in g op. 39; Glazoenov: Rêverie orientale. Et’cetera KTC 1572 (2 cd’s, 85’24”). 2017

 

De in wisselende bezetting optredende tien musici van het in 2005 opgerichte ensemble De bezetting speelt bestaat tijdens deze opname uit vijf strijkers en vijf blazers, te weten Imre Rolleman (fl), Alexander van Eerdewijk (h), Bas van der Sterren (kl), Annet Karsten (fag), Jenneke de Jonge (hrn), Caroline Wagner en Melnie Broers (v), Leon van den Berg (va), Anne Meike Burgel (vc) en Nienke Kosters (cb).

Een dergelijk arsenaal aan musici dat zich op kamermuziekgebied begeeft, zich toelegt op minder voor de hand liggend repertoire  en eerder, in 2015, al in eigen beheer een opname maakte van het Nonet H. 374 uit 1959 van Martinů, een bewerking door Ere Lievonen van Sibelius’ En Saga, Françaix’ Dixtuor en Roussels duo voor fagot en contrabas (wat wel aangeeft hoe avontuurlijk wordt geprogrammeerd), presenteert ook hier een bijzonder programma dat net niet op 1 cd paste.

Bij de vele bewerkingen van Moesorgsky’s Schilderijententoonstelling die in de Vergelijkende Discografie zijn opgesomd, moet deze nieuwe van hoboïst Alexander van Eerdewijk worden gevoegd. De compacte groep blazers en strijkers vormt een fraaie tussenlossing tussen de wat kale pianoversie en de massale orkestbewerking. Zo worden sprekende, heldere kleuren om de programmatisch deeltjes aangebracht en vormen de promenades echte rustpunten. Leuk de kwebbelende Goldenberg en Schmuyle met een Jiddisch accent  van violiste Caroline Wagner te horen discussiëren.

De rest van het programma bestaat uit bestaande vormen. Glinka’s Grand septet is een heel innemend werk, vooral als het zoals hier met zoveel aplomb wordt gespeeld: briljant, gevat en vlot.  

Prokofievs zesdelige Kwintet voor viool, altviool, hobo, klarinet vond zijn oorsprong in het ballet Trapeze voor een rondreizend circus dat hooguit een kleine bezetting te bieden had. De deeltjes zijn kort en hebben een typische Prokofieviaanse zuurgraad die hier wederom raak wordt getroffen.

Glazoenovs milde Oosterse mijmering vormt een weldadige toegift.