Componisten portretten

FRICKER

 

FRICKER, PETER RACINE (1920 – 1990): ONDERGEWAARDEERDE BRIT

 

 

 

Fricker studeerde als tijdgenoot van de enigszins met hem verwante Robert Simpson aan het Londense Royal college of music bij Morris en kreeg na W.O. II nog les van Mátyás Seiber die grote invloed uitoefende op zijn stijl, terwijl veel van zijn werken ook invloeden van Bartók verraden. In later werk heeft hij de aanvankelijke invloeden goed verwerkt tot een persoonlijker stijl.

 

Fricker, die zijn tweede voornaam ontleende aan een claim op familieverwantschap met de Franse toneelschrijver Racine, componeerde onder meer vijf symfonieën (1949, 1951 en na 1964), Prelude, elegy and finale  voor strijkorkest (1949), een Concertante voor 3 piano’s en strijkorkest (1951) en een vioolconcert (1952).

 

Zijn tweede symfonie werd in 1951 geschreven voor het Festival of Britain in opdracht van het Liverpool filharmonisch orkest en het werk had succes in de jaren daarop.

 

In 1964 werd Fricker compositie leraar aan de universiteit van Californië in Santa Barbara en sleet hij zijn leven nog vrijwel uitsluitend in de V.S. Als gevolg daarvan kregen zijn latere werken, waaronder de bijzondere cantateThe vision of judgement en andere koorwerken eigenlijk te weinig aandacht.

 

 

 

Selectieve discografie

 

Symfonie nr. 2. Liverpool filharmonisch orkest o.l.v. John Pritchard. EMI 575.789-2.