Donizetti: Linda di Chamonix. Edita Gruberova, Deon van der Walt, László Polgár, Jabob Will, Armando Ariostin e.a. met het Ensemble van de Opera Zürich o.l.v. Adam Fischer. ArtHaus 107.337 (2 dvd’s, 2u 42’). 1996

‘Melodramma in tre atti’ zegt het libretto, soms wordt deze opera ook een ‘opera semi-seria’ genoemd omdat het geen echte tragedie is en een happy end kent. Het werk bevat zelfs een bufforol, namelijk die van de kwade genius van het wek, Marchese omdat het destijds in Wenen – waar de opera was besteld en voor het eerst werd opgevoerd - was verboden om een aristocraat als schurk uit te beelden.

De handeling speelt rond 1760 en gaat uiteraard over liefdesperikelen met op de achtergrond de Alpenwereld, terwijl het verhaal zich in Parijs voltrekt.

In vocaal opzicht is de Linda van Edita Gruberova nog voortreffelijk bij de invulling van haar zwierige rol, visueel viel lastig te verbloemen dat ze hier niet meer de jongste was. Ze wordt in die opzichten overtroffen door haar Carlo, burggraaf Di Sirval: hij ziet er fraai uit en zingt vurig. De rest van de bezetting is van heel goed kaliber met Jacob Will als markies en Cornelia Kallisch als Pieretto als uitblinkers.

De aankleding (met veel gordijnen) en de regie zijn gelukkig passend in de tijd en bij het gegeven. Maar het beste van al zijn echter de dirigent, het orkestspel en het koor. De uitkomst is best bevredigend al met al.

Gek genoeg stond deze opname al in de TDK catalogus als  DV OPLDL en DV OPLDCM.