DVD Recensies

MAHLER: SYMFONIE NR. 9, BERNSTEIN, BARENBOIM, ABBADO II, CHAILLY

Mahler: Symfonie nr. 9 in D; Adagio uit Symfonie nr. 10 in fis; Das Lied von der Erde. Christa Ludwig (a), René Kollo (t), Weens filharmonisch orkest c.q. Israël filharmonisch orkest o.l.v. Leonard Bernstein. DG 073-409-2 (2 dvd’s, 3u. 01’11”). 1971/2/3

 

Mahler: Symfonie nr. 9 in D. Staatskapel Berlijn o.l.v. Daniel Barenboim. C Major 703708 (dvd, 1u. 65’59Hoorbaar”). 2009

 

Mahler: Symfonie nr. 9 in D  2010. Luzern Festival orkest o.l.v. Claudio Abbado. Accentus Music ACC 20214, 1u. 35’). 2010

 

Mahler: Symfonie nr. 9 in D. Gewandhausorkest Leipzig o.l.v. Riccardo Chailly. Accentus Music ACC 20299 (dvd, 86’ + 29”). 2013

 

De registratie die van Abbado met het Gustav Mahler Jeugdorkest uit 2004 op Euro Arts 2054009 bestaat, werd al eerder afzonderlijk besproken. Hier wordt aandacht besteed aan de eerder en later verschenen dvd’s.

Tussen 1971 en 1976 filmden en regisseerden Tony Palmer en Humphrey Burton het symfonisch oeuvre van Mahler, inclusief het Lied von der Erde. Leonard Bernsteins emotionele engagement voor Mahler is overbekend en zijn lichaamstaal ontketent parallelle muzikale universums om de emotionele pieken en de dynamische valleien te ontsluiten. Toch kan hij ook momenten vrij ontspannen zijn, zoals in beide laatste delen. Fascinerend blijft het om hem aan het werk te zien en te horen, want niets klinkt routineus of vanzelfsprekend.

Uit 2007 stamt de cd opname van Daniel Barenboim met de Berlijnse Staatskapel (Warner 2564-64316-2), maar bij de dvd gaat het om een later optreden in de Berlijnse Philharmonie uit april 2009. Hoorbaar gaat hij overdreven buitenmuzikale associaties uit de weg en concentreert zich op het notenbeeld dat tot in detail mooi wordt uitgewerkt. Grote emoties komen daar niet aan te pas, maar de contrasten tussen licht en schaduw worden heel duidelijk gemaakt, ook al zijn de tempi aan de snelle kant. Kalmte bepaalt de sfeer van het slot andante.

Van Claudio Abbado als een der grootste Mahlervertolkers hebben we vier opnamen ter beschikking. Dat zijn naast de  hierboven genoemde opname met het Mahler Jeugdorkest versies met het Weens filharmonisch uit 1987 (DG 423.564-2), het Berlijns filharmonisch (DG 471.624-2) uit 1999. Het zal nauwelijks verwondering wekken dat die opnamen steeds meer verheven, intenser, helderder, vanzelfsprekender, eleganter, beheerster en beter geïntegreerd gingen klinken. Bovendien beschikte hij in Luzern over een orkest van grote klasse met een aantal solisten van wereldformaat. Voor iemand die zich tijdens repetities nauwelijks verbaal uitte, is het een klein wonder wat tot stand werd gebracht. Hij wist blijkbaar mentaal te communiceren, ook met de luisteraar.

Als het werk is afgelopen duurt het bijna twee minuten voordat het applaus losbarst. Het motto van de door Smaczny in 1995 gemaakte film/dvd documentaire over de dirigent Silence that follows the music (ArtHaus 101.049) is hier letterlijk waar geworden.

Mahler IX van Riccardo Chailly kenden we al via de uitvoering op cd door het Concertgebouworkest (Decca 475.6191 uit 2004). Maar het is meer waard om hem daarbij ook aan het werk te zien en in de uitgebreide bonus – Berg aanhalend - te horen uitleggen over wat zijn opvatting, zijn bezieling is, gelardeerd het mooie beelden uit het Zuid Tiroolse Dobbiaco.

Daarna valt niet te ontkennen dat ook puur auditief deze Mahler nog een graadje veelzijdiger (spectaculairder?) en gelukkig minder koel en ontspannen is, doch veel geëngageerder en ook meer veelbetekenend.

Aan het eind van de beschouwing blijken het vooral de vertolkingen van Bernstein, Abbado II en Chailly die bij herhaald gebruik de meeste – maar wel verschillende, wat heel belangrijk is – indruk te maken.