DVD Recensies

MOZART: ZAUBERFLÖTE, DIE, ALBRECHT

Mozart: Die Zauberflöte KV 620. Christina Landshamer, Thomas Oliemans, Nina Lejderman, Maximilian Schmitt, Iride Martinez, Brindley Sherratt, Wolfgang Ablinger Sperrhacke met het Nederlands Kamerorkest o.l.v. Marc Albrecht. Opus Arte 0809478011224 (2u.27”, dvd).

 

Velen hebben deze opvoering in 2012 gezien en bewonderd, nog meer liefhebbers zullen bij de herneming in maart 2015 met een iets gewijzigde bezetting dit werk in Amsterdam zien. Het gaat om een in diverse opzichten bijzondere presentatie. Te midden van de inmiddels ruim twintig dvd opnamen van dit verheven Singspiel kreeg deze uitvoering in de Vergelijkende Discografie al een positieve aantekening.

Simon McBurney heeft als regisseur de oude tradities achter zich gelaten en een mooi eigen concept gemaakt, een in het heden spelend, maar tijdloos verhaal. Om te beginnen zit het orkest niet in zijn bak, maar gewoon op het podium, wat de klank ten goede komt, net als de handelingen van de toverfluitist Hanspeter Spannring en klokkenspelbediener Jan Paul Grijpink. Vergeet de ouderwetse draak, de dieren die op Tamino’s fluit reageren, de komst van de drie knapen, de evocatie van vuur en water en meer van dergelijke kinderlijke bêtises

We zien bijvoorbeeld Tamino als zwerver, sjouwend met een keukentrapje. De ‘ingewijden’ zijn politici, de ‘drie dames’ potige leden van de Mobiele Eenheid. De vogels zijn vervangen door fladderende papierblaadjes. Het toneel is relatief kaal en een ophijsbaar speelvlak dient afwisselend als vloer, plafond, vergaderplaats of berghelling. Tot de verdere attributen behoren een enorme toverlantaarn waarmee levensgroot oude boekbanden de wijsheidstempel is aangekleed en verder huis-, tuin- en keukenspullen. Zwijgende acteurs zorgen voor de toevoegde effecten. Vervreemdend ja, maar ook heel bijzonder en verbeeldingsvol. 

Met eenvoudige middelen wordt veel suggestie gewekt alsof de kijker in een droomwereld van een andere realiteit belandt. De techniek maakt een sprookjesachtig vormgegeven verhaal met treffende beeldprojecties en geluidseffecten mogelijk.

En dan er natuurlijk de zangers. Maximilian Schmitt is een goede, helaas hier niet zichzelf overtreffende Tamino, die een fijne partner heeft aan de zuiver zingende, ontroerende charmante en lieftallige Pamina van Christina Landshamer. Thomas Oliemans onderscheidt zich zeer positief als een krachtige, mooi fraserende, best amusante Papageno. Brindley Sherratt had iets meer vocale presentie kunnen tonen als Sarastro, maar van Iride Martinez gaat voldoende dreiging uit als Koningin van de nacht.

Voor bezoekers van een der voorstellingen zal dit een prachtige herinnering zijn. Meer in het algemeen verdient het aanbeveling om juist vanwege het regieconcept ook kennis te nemen van de opnamen van Levine (Salzburg 1982, ArtHaus 107.199), Haitink (Glyndebourne 1978, Arthaus 101.085), Gönnenwein (Ludwigsburg 1992, ArtHaus 100.188) en Boër (Scala Milaan 2011, Opus Arte OA 1066 D).