DVD Recensies

VERDI: OTELLO, MUTI

Verdi: Otello. Aleksandrs Antonenko, Marina Poplavskaja, Carlos Alvarez,, Stephen Costello, e.a. met koor en orkest van de Weense Staatsopera o.l.v. Riccardo Muti. Unitel Classica (dvd, 143’ + 20’ bonus). 2008

 

Soms komt mij wel eens de vraag op waarom een of ander drama de titel draagt waarmee dat opus het wereldrepertoire heeft gehaald. Bij Verdi’s Otello is natuurlijk primair Shakespeare, auteur van Othello the Moor of Venice, de naamgever. Maar  de indrukwekkende versie van dit magnum opus op een nieuwe Unitel Classica-dvd brengt mij op het idee, dat de titel even goed “Jago” had kunnen zijn, omdat de diabolische intrigant aan het hof van Otello op Cyprus in deze productie zó prominent en dominant is uitgelicht in het dramatisch verloop, dat niet Jago’s broodheer Otello, maar Jago zelf de grote dragende kracht is in dit drama van liefde, jaloezie, intriges, sinistere, niets ontziende moordende wraakzucht en ontembare wroeging.

Binnen prachtige, door strengstatische eenvoud suggestief ruimtelijke decors heeft regisseur Stephen Langridge  deze wat mij betreft ideale Otello van de Salzburger Festspiele 2008 vorm gegeven. Dat daarbij de muzikale en dramatische verrichtingen van de solisten, Wiener Staatsopernchor, het Salzburger Festspiele Kinderchor en de Wiener Philharmoniker onder leiding van Riccardo Muti een meer dan intens briljante muzikale interpretatie van Verdi’s meesterwerk etaleren, behoeft geen betoog. Muti kon beschikken over een indrukwekkend solistenteam, dat met de tenor Alexandrs Antonenko als Otello en de sopraan Marina Poplavskaja als zijn vrouw Desdemona

twee ijzersterke Russische dramatis personae in huis had.

Zowel vokaal als theatraal grote klasse, naast wie ook hun grote tegenspeler, de bariton Carlos Alvarez als Jago met zijn viriele, dramatische bariton en als twee druppels water lijkend op Robert de Niro, zijn sinistere intrigantenrol met uitmuntend dramatisch inlevingsvermogen gestalte gaf. Ook de Cassio van Stephen Costello en de kleinere rollen zijn in deze opmerkelijk gave “Otello” voortreffelijk gecast. Aldus zijn fantastische hoogtepunten te beleven, zoals het grote duet tussen Otello en Jago, het ontroerende Wilgenlied en Ave Maria van Desdemona. Dat alles met de schitterende Wiener Philharmoniker en de koren onder muzikale supervisie van Riccardo Muti. Ja, dan heb je een vrijwel ideale Otello, spannend, vol passie en ontroering. Een ijzersterke operaproductie die geen liefhebber zich kan laten ontgaan.

                                                                                       Ferd op de Coul