Mini Vergelijkingen

SCHUBERT: STRIJKKWARTET NR. 14

SCHUBERT: STRIJKKWARTET NO. 14 Der Tod und das Mädchen

 

Een thematisch verband tussen een kamermuzikaal werk en een lied komt bij Schubert vaker voor. Het bekendst is die connectie wel bij het lied Der Tod und das Mädchen op tekst van Matthias Claudius dat Schubert in 1817 had geschreven. In zijn 14e strijkkwartet dat diezelfde titel draagt en daarmee zijn bekendste werk in dat genre werd, verwerkte hij treffend ook geheel in mineur de melodie van dat lied.

Enigszins vergelijkbaar met Erlkönig is dat lied in de vorm van een dialoog tussen leven en dood, in dit geval in de personen van een meisje en de zeisdragende figuur van de dood. Schubert ontwikkelde op basis van dit gegeven het tweede deel van zijn kwartet als een reeks variaties op dit liedthema. Hoezeer hij wenste dat het hele werk doortrokken zou zijn van deze geest valt moeilijk te zeggen. Voldoende is vast te stellen dat in de uitvoeringstraditie steeds het duistere, op de dood gerichte karakter van dat lied is onderstreept. In elk geval gaat het om een in wezen tamelijk ambivalent werk met inderdaad melancholieke liedflarden afgewisseld door uitbarstingen van een haast manische energie. Maar in wezen gaat het wel om een uiting van hartverscheurende emotionele oprechtheid.

De continue ritmische kracht van het werk valt bovenal op, meteen al met het furieuze hoofdthema uit het eerste deel. Maar die sfeer blijft in het variatiedeel bewaard en het wervelende presto is daarna grimmig als een dodendans.

Het is heel nuttig Schuberts vier laatste strijkkwartetten als groep te beschouwen en daarom te opteren voor de prachtige uitvieringen daarvan op 2 cd’s door het Italiaans kwartet (Philips 446.163-2). Voor no. 14 komt naast de Italianen (Philips 426.383-2) vooral ook het Lindsay kwartet (ASV CDDCA 560) in aanmerking.