Mini Vergelijkingen

HAHN: LIEDEREN

HAHN: LIEDEREN

 

De in Venezuela geboren, als kind naar Frankrijk geëmigreerde Reynaldo Hahn ontwikkelde zich na les te hebben gehad van Massenet en Gounod net als eerder Offenbach tot een der meest Franse componisten. Reeds als tiener componeerde hij liederen die hem bekend maakten als Rêverie, Mai en vooral Si mes vers avaient des ailes, maar minder bekend is dat hij ook ruim twintig toneelwerken, waaronder balletten, opera’s en operettes als Ciboulette (1923) en Mozart (1925) en een heel mooi vioolconcert schreef. Sopraan Ninon Vallin maakte meteen al opnamen van dit materiaal, ook alweer begeleid door de componist.

Andere bekende vroege liederen zijn Offrande en D’une prison op tekst van Verlaine, L’énamourrée op tekst van De Banville en Infidélité op woorden van Gauthier. Vooral laatstgenoemd lied is een van Hahns beste. Wat later volgde de cyclus van 7 Chansons grises met L’heure exquise als bekendste hoogtepunt op gedichten van Verlaine, waarbij ‘grise’ zowel kan wijzen op grijs halflicht als op een staat van dronkenschap; Verlaine bedoelde waarschijnlijk beide. De enige complete sopraanversie is die van Rachel Yakar. De andere bekende cyclussen zijn Venezia een bundel van zes liederen op basis van Venetiaanse volksliederen, 12 Rondels op woorden van Charles d’Orléans afgewisseld door moderne 30-regelige rondels van De Banville en de 10 Etudes latines. Relatief minder interessant is de late reeks Les feuilles blessés. Er volgden nog wat fraaie losse liederen, zoals  Chloris, Le rossignol des lilas en A nos morts ignorés.

Die liederen droeg Hahn bij voorkeur zichzelf begeleidend voor in Parijse salons, waar hij al rond de eeuwwisseling van de 19e naar de 20e eeuw veel waardering oogstte in de kring van Proust en Cocteau. In zijn in 1933 onder de titel Journal d’un musicien bericht hij uitvoerig hierover.

Wat deze Mélodies betreft, steken drie cd producties met kop en schouders boven de rest uit: die van Susan Graham en Roger Vignoles (Sony 60168), Mesplé en Baldwin (EMI 574.140-2) en die van een veel vollediger verzameling met de 12 Rondels, de Etudes latines en gedeelten uit Ciboulette en Mozart met Lott, Bickley, Bostridge, Varcoe en Johnson c.s. (Hyperion CDA 67141/2). Verder komen nog in aanmerking voor de Chansons grises met daarin ‘L’heure exquise’ Hill en Johnson (Hyperion CDH 55040) en Yakar en Lavoix (Virgin 561.433-2, 2 cd’s). Venezia I-V is er heel fraai van Von Otter en Forsberg (DG 463.479-2).