Mini Vergelijkingen

ELGAR: VIOOLCONCERT

ELGAR: VIOOLCONCERT
 

 


Zelf was Elgar erg in zijn nopjes met het vioolconcert: “It’s good! Awfully emotional, too emotional, but I love it.” Het werk vertoont alle kenmerkende aspecten van weemoed, grandeur en lyriek die we met deze componist associëren, maar het is tegelijk een heel lastig realiseerbaar concert voor de solist. Het werk neemt ook een vrij bijzondere plaats in ten opzichte van zijn voorgangers binnen het repertoire. Opvallend is vooral de uitgebreide en hoogst oorspronkelijke begeleide cadens in het laatste deel, waarin de solist namijmert over eerdere thema’s uit het stuk.



De eerste die als wonderkind nog het werk onder leiding van de componist opnam, was de 16-jarige Yehudi Menuhin (EMI 769.786-2, 754,564-2, 566.979-2) in 1932. Kreisler had het werk ooit ten doop gehouden en Albert Sammons (Pearl GEMM CD 9496) maakte er in 1929 de eerste en in veler oren nog steeds maatgevende opname van.



Uiteraard heel markant was ook Jascha Heifetz in dit concert (RCA GD 87966).



Nigel Kennedy (EMI 556.413-2) toont zich in zijn tweede opname van het werk nog bedachtzamer en intenser dan in de eerste. Hij kent  het werk intussen duidelijk door en door en mist geen enkele nuance, geen enkel detail. De getoonde inkeer mag soms even lijken op genotzucht, maar is binnen het concept heel draaglijk. Uit onverwachte hoek, namelijk van Kyoko Takezawa (RCA 09026-61612-2) kwam ook een markante opname, maar de beste ‘moderne’ keuze is toch Kennedy.



De najaar 2004 verschenen opname van Hilary Hahn (DG 474.504-2) brengt daar geen verandering in. Technisch perfect als haar spel in alle opzichten is, spreekt het meer tot het verstand dan tot het gevoel en ook de overdreven effecten die Colin Davis in de begeleiding aanbrengt, irriteren al gauw.