ANDRÉ, MAURICE

 

 

MAURICE ANDRÉ: INTERIM TROMPET KONING

 

Maurice André is een man van barokke overdaad, vol vitale, vleselijke levensvreugde. Bolrond, maar behendig is hij de belichaming van vrolijkheid en vriendelijkheid in persoon. “Ik heb een harde, arme jeugd gehad”, vertelt hij, “maar triest was die nooit want mijn vader bezat een grote dosis hartelijkheid die ik blijkbaar heb geërfd. Het ging er bij ons best vrolijk aan toe.”

Momenteel beschikt André, die wel ‘De koning der trompettisten” wordt genoemd, over veel geld, maar ook over een onvervalste dosis beminnelijke bescheidenheid. “Ik heb maar weinig zelf nodig, ik heb geleerd om spaarzaam te zijn. Wat ik verdien, is voor mijn gezin.” Dat bestaat uit zijn vrouw en vier kinderen. Meteen zoekt André in zijn portefeuille naar wat beduimelde foto’s, slaat stiekem een kruis en ergert zich dat hij uitgerekend van zijn oudste zoon geen foto bij zich heeft. André junior met voornaam Nicolas is intussen ook al een uitstekend trompettist en dochter Béatrice een heel goede hoboïste. Samen maakten ze voor EMI ook opnamen.

De koperblazer streelt intussen zijn buik en beweert moedig, dat deze met zijn knokige handen waarschijnlijk het lelijkste aan hem is. Hij is voortdurend in beweging, morrelt hier, scharrelt daar, grijnst, maakt grappen, lacht. Maurice André bezit een onrustige geest maar doet nooit koortsachtig druk. Hij kan blijkbaar alleen moeilijk zijn Zuid Franse temperament in bedwang houden. Hij vertelt anekdotes en grappen over collega’s, kruidt ze met pikante details, waarover hij zelf het luidste lacht. En fluistert voortdurend vol leedvermaak, dat hij vanzelfsprekend geen namen mag noemen, omdat het allemaal goede vrienden betreft.

“En goede vrienden heb ik nodig”, zegt hij, “ik heb harmonie om me heen nodig om goed te kunnen musiceren. Onder collega’s moeten we over en weer veel begrip kunnen opbrengen, anders kun je onmogelijk goed samenwerken.. Ik moet even dringend ook goed eten om mijn innerlijke balans te stabiliseren. Ook al raakt mijn lijf dan wat uit de voegen.”

Wanneer disharmonie zijn trompethemel rimpelt, kan de vrolijke stemming van de schalkse leperd ineens omslaan in een melancholicus met trouwhartige dashond ogen of juist in een grommende cholericus. Zeker als hem de basis voor een harmonieus musiceren ontvalt.

Ná een Adolf Scherbaum, een John Wilbraham, een Mark Bennett en een Ludwig Tarr en vóór een Guy Touvron, Ludwig Güttler, Haakon Hardenberger, Winton Marsalis was André een aantal jaren de kampioen op de solo trompetmarkt. Naast de stralende, jubelende toon van zijn trompet waren de trombones van Jericho maar een zwakke afspiegeling van kopergeweld, vond een criticus. Inderdaad ontwikkelt André’s spel zoveel optimistisch brio, zoveel stralende en fonkelende pracht, dat hij vrijwel een unicum is.

“Trompet spelen is een zware fysieke belasting, ook voor mij. Er ontstaat daarbij een enorme druk in het hoofd.” Zo beschrijft hij de moeilijkheden waarmee hij dagelijks te kampen heeft en tempert daarmee ook het vooroordeel, dat de natuur hem met zoveel krachten heeft toegerust, dat hij letterlijk spelenderwijs al deze moeilijkheden overwint. Slechts af en toe als zijn appelwangen gezicht dieprood kleurt en hij letterlijk door de knieën gaat bij het inzetten van een hoge toon, ziet de luisteraar dat André werkelijk zwaar werk verricht.

Maurice André, lichamelijk dus bepaald geen lichtvoetig iemand, tekent en schetst als hobby. Hij brengt op deze manier ook zijn zenuwen, zijn trillende handen tot rust als hij voor een optreden zenuwachtig is.. Meestal tekent hij dan impressies van vrolijke landschappen. Luchtig en licht tekent hij de nervositeit van zich af. “Als ik teken, ben ik geheel ontspannen.”

Deze rust toestand bereikt hij ook wanneer hij uren lang hengelaars gadeslaat, die op hun beurt in het water staren. Zelf vissen, dat interesseert hem niet. Ook op zijn 10.000m² grote landgoed in de buurt van Parijs kan hij zich totaal ontspannen. Bijvoorbeeld wanneer hij met een tractor over de akkers rijdt. André is een levenskunstenaar, van nature een optimist, die tracht ook onaangename dingen vanuit een afwachtend positieve houding te bekijken.

Hij is niet getraumatiseerd door zijn jeugd, die met zich meebracht dat hij al als veertienjarige in het stadje Alès in de mijnen uit de Cévennes moest werken. Geboren werd hij 21 mei 1933. Hij vergoelijkt niets, maar hij ziet alles met veel menselijkheid. Waarschijnlijk vormt zijn vader zijn grote voorbeeld. Zelf mijnwerker en een getalenteerd trompettist ontdekte hij al gauw de muziekader van zijn zoon en zorgde dat deze een goede opleiding kreeg. Om te beginnen had hij zelf zijn zoon wat elementaire zaken van het trompetspel geleerd. Al gauw merkte zoonlief dat het instrument wat te bieden had. “In het begin wilde ik alleen voetballen, zelfs liefst voetbalprof worden.”

Nadat hij zijn militaire diensttijd erop had zitten, mocht hij naar Frankrijks meest gerenommeerde muziekschool: het Parijs’ Conservatorium, waar ook zijn eerste leraar, Barthélémy zelf had gestudeerd. In september begon hij aan de opleiding, het jaar daarop in mei kreeg hij al een ereprijs als cornettist. Weer een jaar later ontving hij een eerste prijs voor trompet en op zijn twintigste was hij een gevierd man. Dat had onder andere tot gevolg, dat het Lamoureux orkest hem vroeg voor de positie van solo trompet. Zes jaar bleef hij daar. Maar toen gaf hij die vaste baan er aan om als solist door het land te trekken. Intussen won hij nog meer prijzen. In 1963 bijvoorbeeld bij het internationale muziekconcours van de Duitse ARD en verder een eerste prijs op het Concours in Genève in 1955.

Niet lang daarna werd hij - 33 jaar oud - professor aan het Parijse Conservatorium, waar hij ongeveer veertig studenten heeft. “Niet alleen in Frankrijk ontwikkelt zich een nieuwe generatie uitstekende trompettisten”, merkt hij monter op, “maar ik moet toegeven dat er op het hoogste niveau nog altijd behoefte aan meer bestaat.” Ook aan muziekfilm producties werkte hij mee en hij speelde in Variété ensembles.

André, vurig voorvechter van barokmuziek - hij heeft zelf een type baroktrompet ontwikkeld, dat makkelijker te bespelen is dan de geijkte Bachtrompet en dat al veelvuldig wordt gebruikt - bekommert zich verder niet om authentieke uitvoeringspraktijken. Ook gematigd moderne muziek heeft zijn aandacht. “Met de avant-garde kan ik niets beginnen. Bovendien is die de pest voor een goede, precieze techniek. Maar Jolivet en Landowski schreven wel mooi concerten voor me.”

Dan liever goede jazz; Hij is evenzeer gesteld op Louis Armstrong als op Miles Davis en Dizzy Gillespie. “Dat zijn lieden die ik erg bewonder. Ik heb zelf een tijdje in een jazz band gespeeld om mijn studiegeld te kunnen betalen.” Maar die periode ligt nu ver achter hem. Met zijn volle agenda voor concerten en lessen heeft hij het druk genoeg. Ook in het Parijse Opéra orkest blaast hij nog menige solo. Tussendoor maakte hij meer dan honderd platen, waarvan slechts een beperkt deel op cd is heruitgebracht door Erato, Teldec, DG, Sony en vooral EMI. Bovendien arrangeert hij allerlei bekende muziekjes (voor piano, viool, cello en de menselijke stem) voor de trompet om zo het beperkte repertoire aan te vullen. Voor het overige: “Ik ben dol op mijn vrouw en verder drink ik graag een goed glas wijn en zing ik graag op mijn trompet. Mijn lievelingsnummers? Op het ogenblik zijn dat de duivels lastige Caprices van Paganini.” Waarna hij nog eens heimelijk en snel een kruisje slaat.

Op 25 februari 2012 overleed André, 78 jaar oud, in Zuid Frankrijk.

 

Discografie

 

Bach: Brandenburgs concert no. 2; Haydn: Trompetconcert; Telemann: Trompetconcert; Torelli: Trompetconcert. Met het Philharmonia orkest o.l.v. Riccardo Muti. EMI 747.311-2.

Fasch: Trompetconcert; 2 Sinfonia’s; Pachelbel: Canon; 2 Suites. Met het Kamerorkest Jean-François Paillard. Erato 4509-98475-2.

Gershwin: Diverse werken. Met Béatrice en Nicolas André. EMI 555.620-2.

Haydn: Trompetconcert; L. en W.A. Mozart: Trompetconcerten. Met de Bamberger Symphoniker o.l.v. Theodor Guschlbauer c.q. het Franz Liszt kamerorkest o.l.v. Frigyes Sandor en het Jean-François Paillard kamerorkest. Erato 2292-45059-2, 0630-12739-2.

Saint-Saëns: Septet; Le carnaval des animaux. Met Michel Béroff, Jean-Philippe Collard, Michel Debost, Claude Desurmont, Jacques Cazauran, Guy-Joël Cipriani, Alain Moglia, Gérard Pérotin en het Frans strijktrio. EMI 747.543-2.

A. Scarlatti: Cantate Su le sponde del Tebro; 6 Sonates. Met Helen Donath, Janet Baker, Aldo Ciccolini en de Academy of St. Martin-in-the-Fields o.l.v. Neville Marriner c.q. Engels kamerorkest o.l.v. Raymond Leppard. EMI 565.735-2.

Shostakovitch: Pianoconcert no. 1; Prokofiev: Vioolconcert no. 1. Met Annie  d’Arco en het Jean-François Paillard kamerorkest c.q. Pierre Amoyal met het Straatsburgs filharmonisch orkest o.l.v. Alain Lombard. Erato 0630-11072-2.

Telemann: Tafelmusik. Met Frans Vester, Anner Bijlsma, Gustav Leonhardt en Concerto Amsterdam o.l.v. Frans Brüggen. Teldec 4509-95519-2 (4 cd’s).

Telemann: Trompetconcerten. Met diverse ensembles. Erato 0630-13743-2.

Telemann : Trompetconcerten. Met het Philharmonia orkest o.l.v. Riccardo Muti. EMI 747.311-2.

The trumpet shall sound. Werken van Händel, M. en J. Haydn, Richter, Scarlatti, Stölzel, Telemann, Torelli, Vivaldi en Viviani. Met diverse begeleidingen. DG 474.331-2 (2 cd’s).

L’art de Maurice André. Werkjes van Bach, Händel, Albinoni, Vivaldi, C.Ph.E. Bach, Hummel, Marcello, Cimarosa e.a. Met diverse ensembles. EMI 764.100-2 (4 cd’s).

Ballades for trumpet. Dinicu: Hora staccato; Massenet: Méditation uit Thaïs, Rimsky-Korsakof: De vlucht van de hommel; Bach-Gounod: Ave Maria; Gershwin: An American in Paris e.a. EMI 754.914-2.

Baroque en  famille. Werkjes van Torelli, Vivaldi, Bach, Händel, Telemann, Albinoni en Tartini. Met Nicolas André, Béatrice André en het Normandisch instrumentaal ensemble o.l.v. Jean-Pierre Berlingen. EMI 555.488-2.

Barokmuziek van Clarke, Albinoni, Purcell, Vivaldi, Bach, L. Mozart, Telemann. Met diverse ensembles. Philips 420.877-2.

Classical trumpet concertos van Bellini, Haydn, Hummel en Mozart. Met het Zürichs kamerorkest o.l.v. Edmond de Stoutz. EMI 754.086-2.

Grande Echiquier. Werkjes van Albinoni, Marcello, Haydn, Bach, Hummel, Rimsky-Korsakof, Schubert, Händel en M.A. Charpentier. Met diverse ensembles. EMI 769.164-2.

Le meilleur de moi-même. Werkjes van Bach, Hummel, Haydn, M.A. Charpentier, Purcell e.a. Met Alfred Mitterhofer, Jane Parker-Smith, het Philharmonia- en Berlijns filharmonisch orkest o.l.v. Riccardo Muti en Herbert von Karajan. EMI 749.474-2, 566.909-2.

Airs d’opéras van Bellini, Bizet, Delibes, Puccini, Donizetti, Mozart, Offenbach, Rossini, Verdi en Ponchielli. Met het Capitole orkest, Toulouse o.l.v. Michel Plasson. EMI 749.219-2.

Maurice André joue Bach, Schubert, Händel, Vivaldi, Purcell, Schickhart, Bellini, Cimarosa en Lully. Met François-Henri Houbart. EMI 749.722-2.

Maurice André at the opera. Aria’s van Bellini, Mozart, Bizet, Rossini, Delibes, Verdi en Lehár. Met het Opera orkest Monte Carlo o.l.v. Marc Soustrot c.q. de harmonie van de Vredesgarde, Parijs o.l.v. Claude Picereau. Erato 0630-13741-2.

Trompetissimo. Barokmuziek. Met diverse ensembles, Erato 4509-91771-2.

Le trompettiste du siècle. Werken van Bach, Haydn, Mozart, Purcell e.a. Met diverse ensembles. Erato 4509-92861-2, 0927-41782-2.

Great performers of the century. EMI 562.946-2.

Trompetenkonzerte van J. Haydn, Händel, Vivaldi, Viviani, M. Haydn en Telemann. Met het Engels kamerorkest o.l.v. Charles Mackerras, het Münchens Bachorkest o.l.v. Karl Richter en het Münchens kamerorkest o.l.v. Hans Stadlmair. DG 415.980-2 en 419.874-2.

Trompetconcerten van Albinoni, L. Mozart en Telemann. Philips 420.877-2.

Trumpet concertos van Bach,  Händel, Haydn, Vivaldi, Albinoni, Telemann, Cimarosa, Torelli, Marcello, Tartini en Stölzel. Met diverse orkesten. EMI 767.894-2.

Trumpet concertos van Händel, Albinoni, Telemann en Hertel. Met het Engels kamerorkest o.l.v. Charles Mackerras. EMI 763.528-2.

Trumpet concertos van Haydn, Hertel, Hummel en Marcello. Met het Franz Liszt kamerorkest o.l.v. Janos Rolla. EMI 555.231-2, 573.474-2.

Trumpet concertos van Haydn, Telemann, Albinoni en Marcello. Met het Londens filharmonisch orkest o.l.v. Jesús López-Cobos. EMI 769.189-2.

Trumpet concertos van Vivaldi, Telemann, Leopold Mozart en Hummel. Met het Berlijns filharmonisch orkest o.l.v. Herbert von Karajan. EMI 556.260-2, 566.909-2.

Trumpet and organ. Werken van Bach, Albinoni en Händel. Met Marie-Claire Alain. Erato 2292-45110-2.

Trumpet and organ. Met Jane Parker Smith, Alfred Mitterhofer en Hedwig Bilgram. EMI 769.062-2.

Trumpet and organ. Werken van Händel, Albinoni, Bach, Loeillet, Marcello en Telemann. Met Hedwig Bilgram. EMI 749.721-2.

Trumpet and organ. Werken van Gervaise, Gabrieli, Biber, Purcell, Albinoni, Händel, Vivaldi, Bach, C.Ph.E. Bach, Platti, Philidor, Marcello, De la Barre, Walther, Loeillet en Pepusch. Met Alfred Mitterhofer en Hedwig Bilgram. EMI 569.564-2 (2 cd’s).

Trumpet and organ. Werken van Bach, Corelli, Händel en Purcell. Met Hedwig Bilgram. EMI 754.330-2.

Musiques de kiosques. Werken en J. Strauss, Batifort, Arban, Reynaud, Pichaureau en Offenbach. Met Nicolas André en het orkest van de Republikeinse garde o.l.v. Roger Boutry. EMI 555.103-2.