PRIMROSE, WILLIAM

WILLIAM PRIMROSE 

Een paar jaar geleden organiseerde The Gramophone een enquête onder een negental altviolisten met de vraag wie zij uit heden en verleden ‘de beste’ vonden. Een hachelijke onderneming want dat lijkt me alleen quasi met het pistool op de borst mogelijk en is sterk afhankelijk van waar de altist zijn opleiding genoot en in welk land of cultuurbereik zijn of haar wortels liggen.  Niettemin kwam de 23 augustus 1904 in Glasgow geboren en 1 mei 1982 overleden William Primrose als ‘winnaar’ uit de bus dank zij de stemmen van vakgenoten Joeri Bashmet, Wolfram Christ, Roberto Díaz en Lawrence Power.

Lawrence Dutton koos Lilian Fuchs, Paul Silverthorne was voor Lionel Tertis, Krzysztof Chorzelski voor Tabea Zimmermann, Kim Kaskashian voor Garth Knox en Wilfried Strehle voor Joeri Bashmet.

De namen van onder meer Kim Kaskashian zelf en Gérard Caussé, Nobuko Imai, Nils-Erik Sparf, Barbara Westphal, Lars Anders Tomter Rivka Golani, Laurent Verney, Hartmut Lindemann, Tim Frederiksen, David McInnes, Frederic Riddle, Paul Neubauer en Helen Callus – om maar een handvol anderen te noemen – ontbraken geheel. 

William Primrose studeerde viool aan de Londense Guildhall muziekschool en later bij de legendarische Eugène Ysaye. Op zijn vierentwintigste schakelde hij over op de altviool nadat hij samen met de in Engeland legendarische Lionel Tertis (1876-1975) de Concertante symfonie had uitgevoerd.

De verbluffende techniek, de schitterende toon, het subtiele kleurengamma en de patricische welsprekendheid van zijn voordracht stelden een nieuwe norm voor het altvioolspel. Hij gaf zijn naam aan het Primrose kwartet. Met het Londens strijkkwartet maakte hij veel concertreizen. Hij werd in 1937 benoemd tot aanvoerder van de altviolen in Toscanini’s NBC symfonie orkest in New York. Daarnaast ondernam hij als solist veel concertreizen.

Hij werkte samen met Heifetz, Feuermann, Piatigorsky, Stern en Grumiaux. Hij inspireerde heel wat componisten, onder meer Bartók wiens Altvioolconcert hij ten doop hield, Britten (helaas geen van zijn stukken door hem opgenomen), Milhaud en Rubbra. Er zijn gelukkig nog heel wat langzamerhand historische opnamen van Primrose in omloop zoals uit de discografie blijkt. Een heel positieve uitschieter daaronder is de uitvoering van Berlioz’ Harold en Italie met het Boston symfonie orkest o.l.v. Serge Koussevitzky uit 1944. 

Selectieve discografie

Aguirre: Huella; Mendelssohn: Ged. Lieder ohne Worte; Milhaud: Sonate op. 240; Saudados do Brasil; Myronoff: Caprice; Valle: Prèlude XV; Kreisler: Liebesleid; Schön Rosmarin; Brahms: Altvioolsonate nr. 1; Mozart: Strijkkwartet KV 387. Met het Primrose kwartet en Jésus-Maria Sanroma en David Stimer. Stradivarius STRAD 7. (1947)

Bax: Altvioolsonate; Bloch: Altvioolsuite; Hindemith: Altvioolsonate. Met resp. Fritz Kitzinger, Harriet Cohen en Jésus-Maria Sanroma. Biddulph LAB 148, PEARL GEMMCD 9453. (1937) 

Bartók: Altvioolconcert. Met het Concertgebouworkest o.l.v. Otto Klemperer. Q-Disc MCCL 97018 (14 cd’s).

Benjamin: Elegy, waltz and toccata; Harris: Soliloqui and dance; Kreisler/Pugnani: Preludium en allegro.  Met Vladimir Sokolov c.q. William Kapell, Gerald Moore, Johana Harris en Franz Rupp. Pearl GEMMCD 9253. (1945)

Berlioz: Harold en Italie. Met het Boston symfonie orkest o.l.v. Serge Koussevitzky. Dutton CDEA 5013, Biddulph WHL 028. (1944)

Berlioz: Harold en Italie; H. Casadesus: Altvioolconcert; Walton: Altvioolconcert. Met resp. het Boston symfonie orkest o.l.v. Serge Koussevitzky, het RCA Victor symfonie orkest o.l.v. Frieder Weismann, het Philharmonia orkest o.l.v. William Walton. Naxos 8.110316.

Berlioz: Harold en Italie. Met het NBC Symfonie orkest o.l.v. Arturo Toscanini. Music & Arts CD 4614. (1945)

Berlioz: Harold en Italie. Met het Royal philharmonic orkest o.l.v. Thomas Beecham. Sony 515300-2. (1950)

Brahms: De 2 altvioolsonates e.a. (zie hierboven). Met Jésus-Maria Sanroma. Stradivarius STRAD 7. (1939)

Brahms: De 2 altvioolsonates. Met William Kapell. Biddulph LAB 150, Pearl GEMCD 9253 (1946)

Casadesus, H: Altvioolconcert; Händel: Dresdense Triosonate; Mozart: Concertante symfonie; Beethoven: Duo WoO 32. Met resp. het RCA Victor symfonie orkest o.l.v. Frieder Weissmann, c.q. met Albert Spalding, André Benoist, Eduard Feuermann, New Friends of music orkest o.l.v. Walter Goehr en Fritz Stiedry.  Biddulph LAB 146, Pearl GEMMCD 9252

Vaughan Williams: Flos campi; Walton: Altvioolconcert. Resp. BBC koor en Philharmonia orkest o.l.v. Adrian Boult en Philharmonia orkest o.l.v. William Walton. Pearl GEMMCD 9252. (1946)

Walton: Altvioolconcert. Met het Philharmonia orkest o.l.v. William Walton (zie voor de Naxos opname ook: Berlioz: Harold en Italie. Naxos 8.110316, Pearl GEMMCD 9252 (1946) 

Vroege opnamen. Pearl GEM 0207.

Opnamen uit 1947. Biddulph BID 80147-2.

20e eeuwse meesterwerken. Biddulph LAB 146.

The Primrose quartet. Biddulph LAB 052/3.