Auber: Le domino noir; Ouverture en balletmuziek Gustave III. Sumi Jo (s., Angèle d’Olivares), Isabelle Vernet (s., Brigitte de SanLucar), Bruce Ford (t., Horace de Massarena), Patrick Power (b., Count Juiliano), Martine Olmeda (ms., Jacinthe) e.a. met de London Voices en het Engels kamerorkest o.l.v. Richard Bonynge. Decca 440.646-2 (2 cd’s, 2u. 23’56”). 1993
Je kunt 89 jaar oud worden en vijftig opera’s schrijven en toch slechts anekdotisch door één werk worden herinnerd. Dat droeve lot overkwam Daniel Auber (1782-1871) en de opera in kwestie was La muette de Portici die na een opvoering in Brussel leidde tot het begin van de afscheiding van België.
De handeling van Le domino noir, waarvoor Scribe het libretto schreef, is er een van verwisselde indentiteiten. Angèle, een novice, beluit nog om een vrolijke vrijgezellenavond te hebben voordat ze de trouwgelofte als nog gaat afleggen. Om haar identiteit te verbergen, draagt ze een zwart masker (domino noir). Een andere gast op het feest is Horace de Massares die op haar verliefd is. Een vriend van hem, graaf Juiliano zet de klok een uur terug, zodat Horace meer tijd met zijn geliefde kan doorbrengen voordat ze uiterlijk om 24:00 naar het klooster moet terugkeren. Op zoek naar onderdak komen ze terecht in het huis van Horace. Bang om herkend te worden neemt Angèle in overleg met de huishoudster van Horace de rol van een dienstmeisje aan. Behalve Horace is iedereen zo misleid. Na een niet zo gelaagde nacht slaagt Angèle erin ongemerkt het klooster binnen te komen. Horace komt haar daar bezoeken en na een brief van de koningin wordt Angèle ontslagen van haar gelofte en staat niets meer in de weg om ‘ja’ te zeggen op het huwelijksaanzoek van Horace.
Een vrij belachelijk verhaal, maar als er goede muziek bij is, slikt het operapubliek het graag.
Richard Bonynge heeft de dialogen wat ingekort en vervangen door enige recitatieven die Tchaikovsky op verzoek van Désirée Artôt (een prima Donna in een rondreizend Italiaans operagezelschap dat in 1869 Moskou aandeed) schreef. Ook bracht hij een paar andere wijzigingen in het werk aan.
Gelukkig is de uitvoering een zeer goede het een heel soepel en wendbare Sumi Jo in de hoofdrol. Met een haast stratosferisch hoog heeft ze niet de minste moeite en versieringen werkt ze mooi af. Bruce Ford heeft niet de minste moeite met de hoge tessitura van de elegant vertolkte rol van Horace en produceert mooie klanken. De rest van de bezetting laat ook niets te wensen over.
Je kunt je haast nier voorstellen dat een werk als dit alleen al in Parijs 1.200 maal met succes werd opgevoerd.
Interessant is de toevoeging van twee orkestrale fragmenten uit de opera Gustave III waarin de gebeurtenissen die leidden tot de moord op de Zweedse koning Gustaf III worden geschilderd. Verdi deed dat beter in Un ballo in maschera.
Er is ook een dvd met dirigent Pierre Jordan (DOM 11007) uit 2009. Wie Gustave III volledig wil beluisteren, kan terecht bij Michel Swierczewski (Arion ARN 368220).