Adams: Absolute jest; Naïve and sentimental music. Doric kwartet en Sean Shibe (git) met het Schots nationaal orkest o.l.v. Peter Oundjian. Chandos CHSA 5199 (71’25”). 2017
Absolute jest uit 2011 is een vrolijk scherzo, geschreven voor het honderdjarig bestaan van het San Francisco symfonie orkest (Michael Tilson Thomas hield het in 2015 ten doop samen met het St. Lawrence kwartet en nam het daarna op (San Francisco Symphony 21938.0063-2) Het is een werk dat vol citaten van Beethoven zit. We kunnen daarin de scherzi uit diens Symfonieën nr. 4 en 9 en de late Strijkkwartetten (vooral op. 135) herkennen. Adams volgde ongeveer dezelfde methode waarop waarmee Stravinsky in Pulcinella Pergolesi ‘moderniseerde’. Adams was niet helemaal tevreden met zijn werk en herzag dat een jaar later.
Hier klinkt het zesdelige werk geestig en vrolijk met aardige bijdragen van het slagwerk. Vooral het laatste deel is een groot succes.
De Naïve and sentimental music (1998) behoort tot Adams’ belangrijkste orkestwerken. Het niveau is vergelijkbaar met Harmonielehre. Adams liet zich inspireren door Friedrich Schillers essay ‘Über naive und sentimentalistische Dichtung’ uit 1795.
Het eerste deel is inderdaad gebaseerd op een simpele melodie met belangrijke rollen voor gitaar, een paar harpen en piano. Het tweede deel ‘Mother of the man’ is een soort wiegelied met een belangrijke partij voor een gitaar met stalen snaren, mooi uitgevoerd door Sean Shibe. De inspiratiebron was Busoni’s Berceuse élégiaque.
Het laatste deel. ‘Chain to the rhythm’ brengt het werk tot een minimalistisch slot.
Peter Oundjian en het Schotse orkest (en ook het Doric kwartet) voeren dit tweetal werken uit met alle verlangde welluidende verfijning, grandeur en pittigheid die ze nodig hebben, maar waar nodig ook met iets van introspectie.
Esa-Pekka Salonen nam de Naïve and sentimental music in 1999 op (Teldec 7559.79636-2), maar ik moet zeggen dat de wat lichtere aanpak van Oundjian me wat beter bevalt.