Achron: Vioolconcert nr. 1 op. 60, Suite ‘De golem’, ‘Belshazzar’ (ged.). Elmar Oliveira (v) met het Berlijns Omroeporkest o.l.v. Joseph Silverstein c.q het Tsjechisch filharmonisch orkest en Barcelona Symfonie orkest o.l.v. Gerard Schwarz. Naxos 8.559408 (65’23”). 2000
Joesph Achron (1886 - 1943) was een boeiende componist. Hij werd geboren als zoon van een Litouwse cantor, studeerde bij Maximilian Steinberg, raakte enigszins onder de invloed van Scriabin en schreef na diens dood een grafschrift over hem. Hij was ook eenn geweldig goede violist en maakte grote tournees. Gedurende W.O. i diende hij in in het Russische leger.
Maar in 1922 ging hij naar Berlijn en deed muzikale ervaring op tijdens een reis naar Palestina in 1925. Datzelfde jaar vestigde hi zich in de V.S., eerst in Chicago en New Yorks en in 1934 in Los Angeles. Hij verkeerde daar met Zeisl, Castelnuovo Tedesco, Toch, Schönberg en Piatigorsky in een groep emigranten, maar pogingen om filmmuziek te schrijven liepen op niets uit.
Zijn Vioolconcert nr. 1 is uit 1925 en erg rapsodisch van aard vol sterk wisselde stemmingen ‘van rusteloos, geheimzinnige meditatie over Joods religieuze motieven tot de extase van een derwisj dans. Elmar Oliveira toont zich in alle opzichten heer en meester over deze compositie.
De golem is een vijfdelige suite bij het toneelstuk ‘The golem’ van H. Leivick. De golem is een figuur uit de Joodse legenden: een mensfiguur uit klei die door een rabbijn tot leven werd gewekt. Het leidde tot een veelsoortig muziekstuk met een belangrijke rol voor de tuba, de trombone en de piano (in de dans van de fantoomgeesten). De orkestbezetting is ongewoon groot.
De beide Belshazzar tableaux beginnen met een strijdkreet en krijgen daarna een lyrischer sfeer. Opnieuw speelt het koper een belangrijke rol. Joseph Silverstein en Gerard Schwarz toont zich met hun Tschechische en Spaanse orkesten goed thuis in deze materie.