Alwyn: Symfonieën nr. 2 en 5 ‘Hydriotaphia’, Harpconcert ‘Lyra angelica’. Suzanne Willison met het Liverpool filharmonisch orkest o.l.v. David Lloyd Jones. Naxos 8.557647 (69’52”). 2005
De Britse componist William Alwyn (1905 - 1985) aarzelde niet om heel trots te zijn op zijn prestatie waarmee hij tussen 1949 en 1973 zijn vijf Symfonieën had gecomponeerd. De eerste vier daarvan waren geconcipieerd als een gigantische megacyclus van de gegeven vorm. Hij stelde vast: ‘They have an original development of their own, and they will be looked at in the future as being something quite distinct in the evolution of the symphony, at least, that is what I think will happen’.
Het pakte anders uit: de kritieken waren zuur, het luisterend publiek - vooral tijdens de Londense Proms - reageerde lauw; de inhoud van de muziek was niet boeiend genoeg om zo’n veertig minuten land de aandacht te boeien. De heersende mening was dat Alwyn zich beter bezig kon houden met het schrijven van filmmuziek.
Voor zijn Symfonie nr. 5, die in 1973 werd geschreven voor het Norwich Festival, vond Alwyn literaire inspiratie bij Thomas Browne (1605 – 1682) en diens uitgebreide elegie over de dood ‘Hydriotaphia. Or a discourse of the spulchral urns lately found in Norfolk’.
Maar bezien vanuit huidig perspectief via deze opname valt het nogal mee en is de muziek best aantrekkelijk omdat de componist heldere en gedenkwaardige melodieën voorschotelt. Dat ze soms wat vluchtig, filmisch karakter hebben, moeten we hem maar vergeven.
In ieder geval is het Harpconcert uit 1954 een heel mooi werk. De zeer geslaagde uitvoeringen doen de rest om deze uitgave ook voor niet-Engelsen de moeite waard te maken. Alwyns postume reputatie heeft er baat bij.
Lloyd-Jones nam de Symfonieën nr. 1 en 3 (Naxos 8.557648) en 4 met de Sinfonietta voor strijkorkest (Naxos 8.557649) eveneens op.