Walton: Symfonieën nr. 1 in Bes en 2. Bournemouth symfonie orkest o.l.v. Kirill Karabits. Onyx ONYX 4168 (73’50”). 2016
Er hing nogal wat van het welslagen van William Waltons Symfonie nr. 1 in 1935. Na een flirt met met de avant-garde in Façade werd hij steeds conventioneler met de Portsmouth Point ouverture, het Vioolconcert en het oratorium Belshazzar’s feast.
De volgende logische stap was wel een symfonie, ook als tegengeluid voor de oudere Elgar en Vaughan Williams.
Walton begon er in 1931 aan te componeren, maar miste meerdere deadlines door zijn onsystematische manier van werken. Uiteindelijk stopte hij in 1934 toen hij klaar was met de eerste drie delen. Die konden volgens hem zelfstandig worden uitgevoerd. Haat gaat om een krachtig, eigenzinnig adagio, een stekelig scherzo met de aanduiding ‘boosaardig’ en een melancholiek langzaam deel met een intense climax. Het jaar daarop voegde hij een slotdeel toe, deels fuga, deels processiehymne.
De eerste uitvoering was een sensatie in de Britse muziekhistorie. Is de onderlinge connectie hoorbaar? De finale is thematisch gekoppeld aan de eerdere delen, maar klinkt al gauw minder geladen.
Een vriend van de componist zei: “Het probleem was dat Willie tussen beide delen van vriend in was gewisseld’. En inderdaad was het die affaire die de basis vormde van de symfonie - en die Walton later omschreef als ‘jaloezie en haat, vermengd met liefde’ - welke in 1933 werd beëindigd en vervangen door een comfortabeler relatie.
Het is de grote verdienste van André Previn dat hij eenheid in het werk brengt. Hij nam net als Karabits beide Symfonieën van Walton op (EMI 763.269-2, RCA 74321-92575-2).
Ook Kirill Karabits lukt dat goed. Na een eer ste deel dat voortdurend een haast verzengende intensiteit vasthoudt, na een bijtend scherzo en een gepassioneerd langzaam deel komt een finale waarop hij geen moment grip verliest. Dat slot is geen los onderdeel, maar juist een hoogtepunt.
Zelf liet de componist een opname nu met het Nieuw Zeeland symfonie orkest uit 1964 (Bridge 9133).
Van Symfonie nr. 1 is zelfs een eigen opname van het Rotterdams filharmonisch onder Jeffrey Tate (RHPO 9394/1-4), Bernard Haitink maakte er een opname van (EMI 573.371-2) en vooral ook Paul Daniel (Naxos 8.553180).