CD Recensies

WEBER: KLARINETKWINTET; GRAND DUO; SILVANAVARIATIES

Weber: Klarinetkwintet in Bes op. 34, J. 182; Grand duo concertant in Es op. 48, J. 204; Variationen über ein Thema aus Silvana in Bes op. 33, J. 128; Bärmann: Adagio voor klarinet, strijkkwartet en contrabas in Des op. 23. Roeland Hendrikx (kl) met Roeland Henrikx ensemble en Liebrecht Vanbeckevoort (p). Et’cetera KTC 1588 (69’27”). 2017 

 

Naast zijn activiteiten op operagebied kan Weber een claim leggen als belangrijke componist van werken voor klarinet. Behalve een tweetal Klarinetconcerten, een Concertino en een reeks Variaties (alle uit 1811), een Kwintet (1814) en een showstuk voor piano en klarinet met de naam  Grand duo concertant (1816) verrijkte hij het klarinetrepertoire op een manier die vergelijkbaar is met Mozart en Brahms. Het kan gelden als een van de belangrijkste werken voor klarinet en piano. Het bezit de brille van een operascène en eist veel van de als gelijkwaardigen ingezette vertolkers. De finale is een sensationele strijd om de suprematie.

En net als bij Mozart en Brahms werden die werken geïnspireerd door een bepaalde musicus. In het geval van Mozart was dat Anton Stadler, in dat van Brahms Richard Mühlfeld; voor Weber was dat zijn vriend Heinrich Bärmann, de eerste klarinet in het Münchense hoforkest.

Webers instrumentale muziek heeft over het geheel een wat theatrale inslag, hoewel hij in langzame delen de vocale kwaliteiten van de klarinet viert.

De zeven Variationen über ein Thema aus Silvana zou men bijvoorbeeld kunnen kennen van Eduard Brunner en Gerhard Oppitz (Orfeo C 187891 A) of Emma Johnson en Gordon Black (ASV DCA 732), het Grand duo van Richard Stoltzmann en Emanuel Ax (RCA RD84825) of Michael Collins en Kathryn Stott (EMI 754.419-2) en het Klarinetkwintet van Eduard Brunner met het Hagen kwartet (DG 419.600-2) of Emma Johnson met het Takács kwartet (Hyperion CDDCA 1079).

Maar het grote voordeel is dat deze drie belangrijke klarinetwerken hier heel nuttig en praktisch zijn gebundeld en - erg aardig - worden aangevuld met een Adagio van Bärmann. Of de contrabas daaruit is weggelaten?

De centrale figuur hierbij is natuurlijk de Belgische klarinettist Roeland Hendrikx, die eerder opnamen maakte van een Klarinetkwintet van Piet Swerts (Phaedra 92045), de Klarinetsonates en het Klarinettrio van Brahms (Academiezaal 003) en Franse klarinetwerken van Debussy, Saint-Saëns, Gaubert, Chausson, Poulenc en Widor (Et’cetera KTC 1550).

Het eerste deel van het Kwintet klinkt gaaf en wordt niet nodeloos opgesmukt, het adagio heeft mooi glijdende chromatische toonladders, het menuet en het rondo bezitten veel joie de vivre. 

In het Grand duo vond Hendrikx een ideale partner in Liebrecht Vanbeckevoort. Zij fraseren samen heel unaniem, spelen vol onderling vertrouwen  en lijken hoorbaar van elkaars virtuositeit te genieten. De finale lukt echt op spirituele manier.

Het mooi agerende strijkkwartet is gevormd door Alexei Moshkov en An Simoens (v), Sander Geerts (va), Anthony Gröger (vc) en interpreteert in het Kwintet op niveau.