CD Recensies

WEISS: LUITSONATES, RÜBSAM

Weiss: Luitsonates in d SW. 61, d SW. 93, g SW. 95, G SW. 96 en F SW. 97  (bewerking Rübsam). Wolfgang Rübsam (luitklavecimbel). Brilliant Classics 85509 (76’10”). 2019
 
Qua vorm vertonen de Luitsonates van Silvius Leopold Weiss (1687 - 1750) veel overeenkomst met de Suites en Partita’s van Bac omdat de gewoonlijk ook beginnen met een prelude gevolgd door een stel dansvormen De muziek is altijd doorgecomponeerd, zodat de delen onderling verbonden zijn.
Een jaar of tien gelden ondernam luitenist Robert Barto de taak om de volledige Luitsonates (109 in getal!) op Naxos te spelen. Dat gebeurde op een door Andre Rutherford uit New York geconstrueerde barokluit.
Natuurlijk zijn er heel wat meer uitgaven van selecties uit dat totaal van o.a. Eduardo Eguez, Ansgar Krause, Eugen Dombois, Toyohiko Satoh, Nigel North, Michel Cardin en Jakob Lindberg.
Maar de Duitse organist, pianist en klavecinist Wolfgang Rübsam koos een andere, heel interessante weg. Hij liet een door de Amerikaan Keith Hill gebouwd lautenwerck of luit-klavecimbel aanrukken. Dat was een in de barok (ook door Bach) graag gebruikt toetsinstrument. Het verschil met het normale klavecimbel is, dat het instrument darmsnaren in plaats van metalen snaren heeft en daardoor milder klinkt. 
De vertaling van het oorspronkelijke één of dubbelkorige snaarinstrument naar het lautenwerck brengt natuurlijk wat klankverschillen met zich mee, maar die blijven zeer binnen aanvaardbare grenzen. 
Rübsam gaat zorgvuldig en met veel stijlbegrip met de materie om en laat horen horen hoe deze werken passend op zijn instrument uitgevoerd kunnen worden. Een gitaar moet voor hem (en de meeste puristen met hem) een verschrikking zijn zoals we kunnen horen bij een vergelijking met Kurt Schneeweiß (Arte Nova 74321-77063).