Volkmann: Ouverture Richard III op. 68; Symfonieën nr. 1 in d op. 44 en 2 in Bes op. 53; Celloconcert in a op. 33; Ouverture voor orkest. Johannes Wohlmacher (vc) met de Noordwestduitse Philharmonie o.l.v. Werner Andreas Albrecht. CPO 999.151-2 (2 cd’s, 1u.40’40”). 1993
Schumann: Celloconcert in a op. 129; Strauss, R.: Romance voor cello en piano in F AV. 75 (bew.); Volkmann: Celloconcert in a op. 33; Bruch: Kol nidrei op. 47. Daniel Müller-Schott (vc) met het NDR Omroeporkest Hamburg o.l.v. Christoph Eschenbach. Orfeo C 781.091 A (66’41”). 2007
Gered heeft hij het niet om blijvende roem te kunnen vieren, de Duitse, in Boeda[est gestorven componist Friedrich Robert Volkmann (1815-1883). Hij ontving zijn eerste muzieklessen van zij vader die cantor was, maar leerde echter het meeste door zijn omgang met Robert Schumann. Hij was onder meer muziekleraar in Praag en Wenen, later hoofdleraar aan de muziekacademie in Pest. Maar daarnaast componeerde hij ook. Zoals gebruikelijk verstrekt Wikipedia daarover uitgebreide informatie.
Zijn vroeger hoog gewaardeerde orkest- en kamermuziek is voornamelijk door Schumann en Mendelssohn beïnvloed.
De oudere CPO opname geeft daarvan duidelijke en vrij omvangrijke voorbeelden. Zijn celloconcert uit 1855 is in 2016 tijdens de Amsterdamse cello Biennale nog eens onder het stof vandaan gehaald en blijkt naast dat laat door Schumann geschreven dito zeer de moeite waard.
Het werk is compact en doorgecomponeerd met goed gecontrasteerde delen. Hier lijkt het qua geest duidelijk een reflectie op Brahms. Het werk begint met een lyrische episode en maakt gebruik van een recitatief om de diverse delen onderling te verbinden. Het laatste gedeelte bevat een mooie cadens en bevat levendige syncopen. Het is een aantrekkelijke zeldzaamheid en wodt door Daniel Müller-Schott heel fraai gespeeld. Hij biedt op zijn cd een directe confrontatie met Schumanns concert. Dat gebeurt ook op een andere heel goede uitgave van Alban Gerhardt (Hyperion CDA 67583) uit 2006.