Veracini, F.: ‘Cantabile’ uit Solosonate en b/c. Nr. 10; Sonatas accademica in g op. 2/5 en in d op. 2/12; Sonates voor viool en b.c. in g op. 1/1  (bew) en nr. 9; Veracini, A. Sonate voor 2 violen, gamba en b.c. op. 1/1; Sonate voor viool en b.c. op. 2/3. Rüdiger Lotter (v), Dorothee Oberlinger (fl), Axel Wolf (luit, theorbe), Kristin von der Goltz (vc), Olga Watts (kl). Oehms  OC 720 (70’35”). 2007

Bij Francesco (1690-1768) en zijn neef Antonio Veracini (1659-1733) gaat het om twee bijzondere, destijds spectaculair geachte violist/componist figuren uit de overvloedige Italiaanse barok. Antonio heeft het helaas tot minder bekendheid gebracht omdat slechts weinig van zijn oeuvre is overgeleverd. 

Uit deze opname, waar beide familieleden even zijn verenigd, blijkt Francesco inderdaad de temperamentvollere en mogelijk ook de begaafdere, in elk geval de minder conventionele te zijn.

Omringd door een passend uitgebreide continuogroep voeren violist Rüdiger Lotter en fluitiste Dorothee Oberlinger een mooi wisselend programma van de Veracini’s zodanig uit dat beiden stilistisch zowel als uitvoerend met veel stijlgevoel en bezieling alle recht wordt gedaan. Vermeldenswaard is dat Francesco’s sonates op. 1/7 en op. 1/8  door Lotter en Watts worden uitgevoerd op Oehms OC 356.