CD Recensies

VERDI: BATTAGLIA DI LEGNANO, GUI

Verdi: Battaglia di Legnano, La. Leyla Gencer (s., Lida), Gastone Limarilli (t., Arrigo), Giuseppe Taddei (b., Rolando), Paolo Washington (bs., Federico Barbarossa), Giorgio Giorgetti (b.,    Marcovaldo), Olga Carossi (ms., Imelda), Augusto Frati (bs., Primo console di Milano), Ugo Novelli (bs., Secondo console di Milano) e.a. met het Ensemble van de Maggio musicale Fiorentino o.l.v. Vittorio Gui. Myto MCD 00243; Opera di Firenze OF 015  (2 cd’s, 1u. 47’39”). 1959 

 

In revolutiejaar 1848 gistte ook Rome van de nationalistische en republikeinse passies. Een opera, waarin de overwinning op Barbarossa wordt gevierd, paste op dat moment dus heel goed. Zeker als de held uit het werk dan ook nog met de uitroep Viva Italia! uit het raam springt. De opwinding die het werk veroorzaakte was zelfs dusdanig, dat de vierde en laatste akte (die overigens slechts een kwartier duurt) in zijn geheel moest worden herhaald. Tijdens een van de eerste uitvoeringen schijnt zelfs een soldaat dat voorbeeld te zijn gevolgd door van een balkon in de orkestbak te springen. 

Hoe groot het succes van deze opera in het begin was, later raakte deze wat in vergetelheid. Toch bezit het werk heel wat uitstekende kwaliteiten, het bevat alleen geen memorabele melodieën die te vergelijken zijn met het ‘slavenkoor’ uit Nabucco of de grote hoogtepunten uit Ernani. Terwijl juist het koor zo’n groot aandeel heeft in deze opera (met bijvoorbeeld twee opeenvolgende scènes voor mannenkoor). Aan verdere mooie aria’s, duetten en ensembles ontbreekt het evenmin. Pas aan het eind van het werk verschijnt de gehoopte Grote Melodie; best slim want een goede reden voor herhaling.

Het mooist aan deze opera is eigenlijk de fraaie orkestratie. In dramatisch opzicht wordt de aandacht vooral gericht op de zwaar op de proef gestelde Lida en de relatie tussen tenor en bariton.

In artistiek opzicht is het populaire nationalisme niet de kern van de affaire. Het gaat vooral om Gencer (Lida), Limarilli (Arrigo) en Taddei (Rolando) die goed werk laten horen. In de kleinere rollen onderscheiden Ugo Novelli (tweede consul) en Olga Carossi (Imelda) het meest. Dynamic heeft de oorspronkelijke Myto opname heruitgegeven.

Vittorio Gui leidt verder een heel goede uitvoering. Van de diverse andere opnamen van het werk is het uiteindelijk misschien die van Lamberto Gardelli met Katia Ricciarelli, José Carreras, Matteo Manuguerra, Nicola Ghiuselev welke nog net een grotere voorkeur verdient.