CD Recensies

VIVALDI: DORILLA IN TEMPE

Vivaldi: Dorilla in Tempe RV. 709. Romina Basso (s.,Dorilla), Serena Malfi (ms., Elmiro), Marina de Liso (ms., Nomio), Lucia Cirillo (ms., Filindo), Sonia Prina (a., Eudamia) en Christian Senn (b., Admeto) met het koor van de Italiaans-Zwitserse omroep en I Barocchist o.l.v. Diego Fasolis. Naïve OP 30560 (2 cd’s, 2u. 21’45”). 2017

 

Naïve heeft zich tot taak gesteld de volledige theaterwerken van Vivaldi op te nemen. Dit is aflevering 55. Het melodrama eroico pastorale Dorilla in Tempe op libretto van Antonio Maria Lucchini uit 1726 is nummer 33 van Vivaldi’s theaterwerken en moet tot de favoriete werken van de componist hebben behoord, mogelijk omdat de componist een warme vriendschapsband aanging met mezzo Anna Giró die mogelijk de rol van Nomio of Filindo zong.

Aanvankelijk was er alleen de latere pasticcio vorm van bekend, die ook aria’s van Hasse, Giacomelli en Leo bevatte.

De handeling speelt zich af in Tempe, waar deze schaapherder Nomio (eigenlijk een castraatrol) als vermomde Apollo verliefd wordt op de dochter van de koning van Thessalië, Admeto. Maar zij is al verliefd op een andere schaapherder, Elmiro.

Admeto wordt oor de goden opgeroepen om zijn koninkrijk van de ondergang te redden door Dorilla als offer aan het zeemonster Pitone uit te leveren. Gelukkig wordt ze op het laatste moment gered door Nomio, die om haar hand vraagt, maar zij weigert op dat verzoek in te gaan en ontsnapt samen met Elmiro. Het paar wordt gevangen en Elmiro wordt ter dood veroordeeld. Maar nu onthult Nomio zijn ware identiteit en redt het huwelijk van Dorilla en Elmiro.

De structuur is die van een opera seria met slechts één bravura aria per tafereel, met Dorilla’s pathetische ‘Se amarti non poss’io’ en ‘Il povero mio core’ als hoogtepunten.

Deze uitvoering laat een over de hele linie goede, verantwoorde bezetting horen, die aan dacht besteedt aan versieringen en zo een goed beeld geeft van Vivaldi in een ongewone rol als operacomponist.

In 1994 verscheen de eerste volledige opname van dit werk met Maria Cristina Kiehr als Elmiro, John Elwes als Admeto en Philippe Canto als Nomio (Pierre Verany PV 79409-2), maar die is aanzienlijk minder geslaagd.  Cecilia Bartoli nam indertijd de aria Dell’aura al sussurrar op.