Vivaldi: Fluitconcerten in F op. 10/1 RV. 433 La tempesta di mare; in g op. 10/2 RV. 439 La notte; in D op. 10/3 RV. 428 Il gardellino; Concert voor blokfluit, hobo, viool en fagot in G RV. 101; Hosokawa: Singing garden in Venice, ‘voorspel’ ‘nacht’, ‘zonsopgang’, ‘de zee voor de storm’, ‘avondschemering’, ‘nacht, slaap’. Jeremias Schwarzer (blokfl), Judith Steenbrink (v), Luise Haugk (h) Moni Fischaleck (fag) met Holland Baroque. Channel Classics CCS SA 37615 (70’40”). 2015

In 1726 was de Duitse fluitvirtuoos Johann Joachim Quantz te gast in Venetië en als gevolg van zijn optredens genoot de fluit daar een enorme populariteit.Vivaldi schreef onmiddellijk een belangrijke fluitpartij in zijn  opera Orlando uit dat jaar en in 1728 volgden de zes Fluitconcerten op. 10 RV. 433, 439, 428, 435, 434 en 437.

Soms leende hij materiaal uit vroegere weken, maar de fluit inspireerde hem met frisse ideeën en als compendium van de fluittechniek kenden deze erken destijds hun gelijke niet. Vooral de werken met programmatische titels over een storm op zee, een zwoele nacht en een distelvink werden erg bekend.

Het zestal is regelmatig al dan niet ‘authentiek’ opgenomen, o.a. door Liza Besnoziuk (Archiv 423.702-2), Jean-Pierre Rampal (Warner 2564-60373-2), Béla Drahos (Naxos 8.553101), Emmanuel Pahud (EMI 347.212-2), Konrad Hünteler (NDG MDG 311-0640-2), Michala Petri (RCA 09026-68543-2) en Frédéric de Roos (Assai 222542). 

Wat te doen wanneer je het drietal bekendste en populairste van de zes anno 2015 nog eens wil opnemen en daar de aandacht op wilt vestigen?  Dan bedenk je een programma dat de Italiaanse barok in een ‘west ontmoet oost’ sfeer combineert met werk van de bekendste huidige componist Toshio Hosokawa (1955) die enorm vaak heel natuurverbonden werken componeert en voor een Boeddistisch trekje zorgt en je geeft het resultaat de titel Sounds and clouds waarin soms ook de stilte even een grote rol speelt. 

Wanneer de concerten van Vivaldi vervolgens om en om worden uitgevoerd met delen uit Singing garden in Venice ontstaat een fascinerend programma waarin het opvalt hoe goed Vivaldi en Hosokawa samengaan gegeven hun verschillende stijl.

Jeremias Schwarzer die eerder al met kotospeelster Makiko Goto op de Japanse toer ging met de cd Three haikei and more (Neos 11010) en ook oude muziek uit de vijftiende tot achttiende eeuw uit Italië, Spanje en Dalmatië opnam (Cybele 200.403) toont zich bij voortduring een uitstekende, geïnspireerde solist en Judith Steenbrink begeleidt hem met haar geroutineerde, toegewijde Holland Baroque met veel zorg en een stevig basfundament, daarbij zelf in het quadrupelconcert mooie soli bijdragend.