Ventadorn, de: Chantador de joi d’amor. ‘Quan l’erba fresc’, ‘Pois preyatz me, senhor’; ‘Be m’au perdut lai enves Ventadorrn’, ‘Quan par la flors jos ta l vert foiill’, ’Non es mera villa s’eu chan’, ’Quan vei la lauzeta mover’. Paloma Gutiérrez del Arroyo (zang) en Manuel Vilas (hrp). Et’cetera KTC 1651 (53’56”). 2017
Bernart de Ventadon, een bakkerszoon op kasteel Ventadour ofwel Corrèze in de buurt van Limoges(1135 - 1194), was als Franse troubadour een ‘meesterzanger’ die de kunst van het cançon in de bloeitijd van deze kunst (twaalfde eeuw) tot hoge ontwikkeling bracht en zelf in het Occitaans geschreven hoofse teksten in volkstaal op muziek zette. Het toont aan dat de Provencaals dichter-componisten niet per se van adel waren
Eénenveertig daarvan zijn in manuscripten bewaard gebleven en daaruit koos Paloma Gutiérrez del Arroyo, die is gespecialiseerd in Middeleeuwse muziek er zes. Ze richtte voor de uitvoering van deze oude muziek de ensembles ‘Puy de sons d’autrefois’ en ‘Oiet’ op en het vocaal kwartet Cantaderas, dat zich aan oud Spaans repertoire wijdt.
Aan de hand van deze zes kostelijke voorbeelden laat ze ons met haar fruitige stem kennis maken met dit wereldje van verlangen en schoonheid dat zo heel anders is dan het onze in roerige tijden. Manuel Vilas begeleidt haar mooi op een middeleeuwse harp en gebruikt daarvoor improvisaties en versieringen om het resultaat stilistisch nog meer recht te doen.