CD Recensies

VIVALDI: ARGIPPO

Vivaldi: Argippo RV. Anh. 137. Emöke Baráth (s., Argippo), Marie Lys (s., Osira), Delphine Galou (a., Zanaida), Marianna Pizzolato (a., Silvero), Luigi de Donato (bs., Tisifaro) met Europa galante o.l.v. Fabio Bondi. Naïve OP 7079 (2 cd’s, 2u., 02’42”). 2019
 
Deze voor de tweede keer opgenomen opera van Vivaldi op een libretto van Domenico Lalli is de twintigste opera uit de reeks van Naïve, een label dat hiermee nuttig werk verricht. Een eerdere opname is van een Tsjechisch ensemble o.l.v. Ondrej Macek (Dynamic CDS 626/1-2) die ongeveer de helft van de opera terugvond en deze daarna reconstrueerde.
Het werk is in drie aktes, speelt rond een Indisch hof en gaat over een prinses die smoorverliefd is op een oneerlijke figuur. De dramatis personae zijn verder koning Argippo (een sopraan), diens echtgenote Osira (ook sopraan), de op haar verliefde Mesio (bas), de mogol Tisifaro (tenor), diens dochter Zanaida en de in het geheim met haar getrouwde Silvero. Het gaat om problemen binnen de familie Tisifaro, de groot mogol die heerst over een deel van het Indische rijk. Zijn enige dochter wordt bemind door twee prinsen, Silvero en Argippo. Als Argippo uit de buurt is, neemt Silvero haar voor zich in en raakt Argippo intussen verliefd op Osira met wie hij ook trouwt. Wanneer hij met zijn vrouw terugkeert aan het hof van de mogol, is Zanaida overtuigd van zijn ontrouw en wordt het bedrog ontdekt. Osira’s leven komt in gevaar maar Silvero redt haar en zijn faux pas wordt vergeven. Eind goed, al goed
Wat de muziek hierbij betreft, is het een pasticcio die in 1722 in Milaan in première zou zijn gegaan, maar volens andere bronnen pas in 1730 in Praag, waar zes van zijn opera’s voor het eerst klonken en waarvoor Vivaldi materiaal van tijdgenoten als Pescetti, Hasse, Porpora, Galeazzi en Vinci hergebruikt. Niemand die daar tegenwoordig last van zal hebben of er ook maar iets van merkt. Voor deze opname werd de kritische uitgave van Bernardo Ticci gebruikt.
Opvallend is dat op de rol van Tisaro na alle rollen door vrouwen zijn bezet.
De muziek voor hen is naar verwachting heel bekoorlijk en de solisten zingen hun rollen met veel bravoure en het orkest begeleidt levendig in stijl.
Een aardige, maar niet zo belangrijke aanwinst voor de nog steeds groeiende Vivaldi discografie.