Vladigerov: Symfonische Bulgaarse dansen op. 23 nr. 1-7; FK Vardar rapsodie op. 16; Bulgaarse suite op. 21. Rousse filharmonisch orkest o.l.v. Nayden Todorov. Naxos 8.573422 (74’25”). 2016

 

De Bulgaarse componist Pancho Vladigerov (1899 – 1978) geldt als heel invloedrijk voor de serieuze muziek uit zijn land en beleefde zijn beste jaren tussen beide wereldoorlogen. Hij werd in Zürich geboren, opgeleid in Berlijn waar hij in de jaren twintig bleef voordat hij via een verblijf in Wenen permanent naar Bulgarije terugkeerde in 1932.

Hij was een heel productieve componist waarvan we in het Westen nauwelijks iets weten. Cd’s met zijn werken kunnen daar verandering in brengen. Materiaal genoeg: twee Symfonieën, 5 Pianoconcerten, twee Vioolconcerten, kamermuziek, solo pianowerken balletmuziek en de opera Tsaar Kaloyan. Het totaal gaat tot zeventig opusnummers. Hij experimenteerde met mate, maar schreef over het geheel heel toegankelijke muziek, juist omdat die vaak op volksmuziek is gebaseerd.

Deze cd is daar een goede dwarsdoorsnede en een mooi voorbeeld van en ze laten ook goed het idiomatisch eigene horen.  De drie werken zijn in omgekeerde ontstaansvolgorde opgenomen. De Bulgaarse dansen zijn uit 1931, de Varsar rapsodie uit 1928 (maar daar bestaat ook een eerdere pianoversie van uit 1922) en de Bulgaarse Suite is uit 1927.

Rousse (eigenlijk Ruse) is de op vijf na grootste stad van Bulgarije en beschikt zo te horen over een heel goed filharmonisch orkest dat duidelijk laat horen dat de muziek van Vladigerov van belang en de moeite waard is.

Capriccio heeft zich toegelegd op een volledige opname van zijn orkestwerken. Bij voorbeeld van de al in 1964 opgenomen vijf Pianoconcerten met Teodor Moussev (Capriccio C 8060).