Verdi: Alzira. Marina Mescheriakova (s., Alzira), Ramón Vargas (t., Zamoro), Paolo Gavanelli (bs., Gusmano), Torsten Kerl (t., Otumbo), Jana Iliev (ms., Zuma), Jovo Reljin (t., Ovando) met het koor van het Grand Théâtre Genève en het Suite romande orkest o.l.v. Fabio Luisi. Philips 464.628-2 (2 cd’s, 1u., 31’20”). 1999
Alzira, een opera in twee aktes op libretto van Salvatore Cammarano naar het toneelstuk ‘Alzire ou les Amércains’ van Voltaire behoort tot de vroege opera’s van Verdi en ging 12 augustus 1845 in première in het San Carlo theater in Napels.
De handeling gaat over de Spaanse bezetting van Peru en plaatst een beschrijving van koloniaal ondernemerschap tegenover de ideeën van de ‘nobele wilden in het conflict tussen de conquistador Gusmano en de inboorling strijder Zamoro, die allebei verliefd zijn op de Inca prinses Alzira.
Deze opera is geen echt meesterwerk, maar bezit wel een grote mate aan vitaliteit en ongeïnspireerd is hij evenmin. Alleen de religieuze finale past er wat slecht in.
Alzira zelf kreeg de mooiste, warm klinkende muziek die vooruitblikt op Verdi’s typering van Amelia Grimaldi in Simon Boccanegra tien jaar later. Al te subtiel hoeft het werk niet te worden aangepakt en Luisi zorgt er goed in om de handeling levendig te houden.
Marina Mescheriakova met haar mooie coloraturen en prachtige hoge noten is de heldin tussen de beide bundels testosteron in de persoon van Ramón Vargas met zijn klaroenstem als Zamoro en Paolo Gavanelli als brutale Gusmano. Het koor zingt heel fraai en dirigent Fabio Luisi verricht haast wonderen met de exotische orkestratie.
Het is grappig om bij de vier overige opnamen (waarvan 1 op dvd) er eentje aan te treffen waarop Elisabeth Schwarzkopf de rol van Azira zingt (Myto MCD 962.148) uit 1938.