CD Recensies

VIVALDI: QUATTRO STAGIONI, KREMER

Vivaldi: De vier jaargetijden uit 12 Concerti Il cimento dell’armonia e dell inventione op. 8; Piazzolla: De vier jaargetijden van Buenos Aires. Gidon Kremer met Kremerata Baltica. Nonesuch 7559-79568-2 (63’55”). 1998

 

Barok bezoekt de tango, het ene jaargetijde wordt het andere, of zoals Gidon Kremer zelf het formuleert: De globe bezit omdat hij rond is twee helften. Dat idee is al wel eens eerder geëxploiteerd, maar nu komen we het ook op cd tegen. Een koel bekrachtigde Vivaldi stuit op een heethoofdige Piazzolla en beiden tintelen van levenskracht.

Zoek een beetje onder het oppervlak en er zijn parallellen te ontdekken. Beide componisten wisselen snelle en langzame delen af; beiden vergen een vrij kleine bezetting en een vergelijkbare instrumentatie en in twee gevallen (dankzij het arrangement van Leonid Desyatnikov) citeert Piazzolla lellerlijk Vivaldi en brengt hij de winter van de Rode Priester in zijn zomer om later een Piazzolla winter te verwarmen met een trekje uit Vivaldi’s zomer.

Dit is nadrukkelijk geen crossover muziek, maar een creatieve naast elkaar plaatsing van onverenigbare stijlen. Nieuwe buren betekent een verjongingskuur voor beiden en de onderlinge omschakeling botst nooit – voornamelijk dankzij Kremers dansende, klankbewuste en consistent spontane speelwijze als gemeenschappelijke noemer. Zelden zal zijn viool zo flatteus en tot in elke nuance gaaf zijn gereproduceerd.

Na Vivaldi’s Lente volgt Piazzolla’s Zomer in Buenos Aires, een duister dansende tango die al gauw wordt verzacht tot een kenmerkend soort melancholie. Vivaldi’s Zomer is gloeiend warm, sul ponticello, met pittige accenten en veel gekwetter van de begeleidende strijkers. Piazzolla’s Herfst in Buenos Aires laat een afwisseling tussen viool- en cellosolo horen, terwijl Vivaldi’s Herfst helder, snel, vrij improviserend en met een markant crescendo aan het begin van het derde deel verloopt. Winter in Buenos Aires begint met een sombere cellosolo en wordt na een vioolcadens versneld. Vivaldi’s largo uit Winter bevat een van de snelste hagelbuien ooit – deze duurt slecht 1’13” – en bevat een heel beweeglijke baslijn. Het hele programma eindigt zoals het is begonnen… dit keer met Lente in Buenos Aires een tumultueuze mengeling van verlangen, triestheid en uitdagende exaltatie.

Het is allemaal op het hoogste niveau en wie alleen Vivaldi of uitsluitend Piazzolla wil horen kan – als hij/zij over een goede cd speler beschikt – precies de gewenste deeltjes vooraf programmeren. Maar het totaal is en blijft veel leuker. Dat de vertolkingen briljant zijn en de opname uitstekend is, hoeft nauwelijks nader betoog. Dit is een der aardigste uitgaven van Vivaldi’s opus magnum. Leg hem maar naast die van Carmignola (Sony 51352), Onofri (Teldec 4509-96158-2) en Manze (Erato 4509-94811-2).