CD Recensies

VERDI: FORZA DEL DESTINO, LA, GERGIEV, LEVINE, GARDELLI

Verdi: La forza del destino. Galina Gorchakova (s), Gegam Grigorian (t), Nikolai Putilin (b), Mikhail Kit (bs), Olga Borodina (ms), Georgy Zastavny (b) e.a. met het Ensemble van het Kirov theater, St. Petersburg o.l.v. Valery Gergiev. Philips 446.951-2 (3 cd’s, 2u. 38’08”). 1995

 

Verdi: La forza del destino. Leontyne Price (s), Plácido Domingo (t), Sherrill Milnes (b), Fiorenza Cossotto (ms) Bonaldo Giaiotti (bs), Gabriel Bacquier (b) met het John Alldis koor en het Londens symfonie orkest o.l.v. James Levine. RCA RD 81864 (3 cd’s, 2u. 50’59”). 1989

 

Verdi: La forza del destino. Maria Callas (s), Richard Tucker (t), Carlo Tagliabue (b), Nikola Rossi-Lemeni (bs) e.a. met het Ensemble van La Scala, Milaan o.l.v. Tullio Serafin. EMI 556.323-2, Naxos 8.111322/4 (3 cd’s, 3u. 30’55”). 1954

 

La forza del destino is weer een ander turbulent familiedrama van Verdi. De hoofdfiguur. Don Carlo, trekt door het ene land na het andere in de achtervolging van Don Alvaro die zijn zuster Leonora  heeft ontvoerd en bij toeval ook zijn vader. Onwetend raakt hij bevriend met de man die hij zoekt wat natuurlijk op alle fronten calamiteiten veroorzaakt.

De opera werd geschreven in opdracht uit St. Petersburg in 1862, maar zeven jaar later veranderde de componist het einde voor Milaan, waar het werk niet beter van werd. Maar dat is wel tot standaard geworden.

De in de tijd nogal gespreide handeling van deze opera maakt er een lichtelijk onsamenhangend relaas van en het gebruik van steeds terugkerende motieven, zoals de noodlotsthema’s uit de ouverture zorgen er niet voor om die samenhang te vergroten. Zeker niet vergeleken met wat Wagner in dit opzicht bereikte met zijn Leitmotiven. Maar het gaat wel om een intrigerend experiment in een doorgecomponeerde opera. Dit is misschien niet de beste opera om aan Verdi te beginnen, maar wie de nodige andere heeft gehoord, zal ook deze waarderen.

Met  John Matheson (Opera Rara ORCV 304) is Valery Gergiev de tot nu toe enige die de oerversie uit St. Petersburg biedt. Dat Gergiev de mooiste vertolking geeft, zal nauwelijks hoeven worden uitgelegd. Zelfs de Russische zangers produceren een aanvaardbaar Italiaans. 

Als Alvaro in de standaardversie hebben zich vooral twee tenoren positief onderscheiden: Carlo Bergonzi en Plácido Domingo. Zij waren in de afgelopen decennia de beste Alvaro’s . Domingo legt vocaal gewicht in de schaal, fraseert fraai en is op zijn best te horen in de grote aria die hij heel virtuoos zingt. Leontyne Price klinkt prachtig en zingt een Leonora met veel gevoel en grote intelligentie. Milnes weet goed raad met de gekronkelde, hatende Carlo.

Bergonzi is trouwens te horen in de ook fijne opname van Gardelli (EMI 567.124-2), die verder net niet van topklasse is.

 Dan liever toch weer Callas als Leonora, naast Tucker (Alvaro), Tagliabue (Carlo) onder Serafin, die helaas een paar coupures maakt en Tagliabue niet in  volmaakte vorm aantreft.