Uccellini: Vioolsonates op. 4 nr. 5 ‘La Laura rilucente’, 9, 2 ‘La Luciminia contenta’, 9, 4 ‘La Hortensia virtuosa’, 2 ‘La Luciminia contenta’; op. 5 nr. 9, 12, 4, 3; op.7 nr. 1, 11, 3; op. 9 nr. 1. Romanesca met Andrew Manze (v), Nigel North (aartsluit, barokgitaar, theorbe) en John Toll (klav./orgel). Harmonia Mundi HMU 90.7196 (65’04”). 1996
De Italiaanse barokcomponist Marco Uccellini (ca. 1603-1680) ontwikkelde met zijn land- en tijdgenoten Marini, Fontana, Turini en anderen een voor die tijd nogal virtuoze vioolstijl waarin we aspecten vinden van een benadering van het expressiebereik van de menselijke stem.
Met hun verbeeldingsvolle exploratie van het technisch potentieel van de viool en de pioniersgeest van die tijd leverden deze componisten belangrijke bijdragen aan zowel de techniek als de vorm.
Zo maakt de muziek van Uccellini ons bewust van een van rijke fantasie improvisatorisch idioom en het is de verdienste van Manze en zijn begeleiders dat ze dit heel fraai naar voren weten te brengen. Waar nodig niet alleen in expressief opzicht, maar ook met veel panache, ritmische vaart en virtuositeit in de snelle gedeelten en met een tere warmte in de meer introspectieve gedeelten. Een hoogtepunt wordt gevormd door op. 7/1. Een goede opnamekwaliteit onderstreept dit nog eens.