CD Recensies

TANEJEV: PIANOTRIO

Tanejev: Pianotrio in D op. 22; Rimsky- Korsakov: Pianotrio in c. Leonore pianotrio. Hyperion CDA 68159 (77’58”). 2016

 

Kamermuziek had voor Russische componisten in de negentiende eeuw geen prioriteit. Zij drukten zich liever uit in symfonische en vocale muziek en de opera, want dat kwam de uiting van nationalistische gevoelens ten goede. Daarvoor was kamermuziek, afgezien van het gebruik van folkloristische motieven, minder geschikt.

Wat het pianotrio betreft, waagden sommigen het toch en niet zelden met verrassend effect: Glinka, Tchaikovsky, Arensky, Tanejef, Rimsky-Korsakov, Borodin en Rachmaninov.

Het trio van Sergei Tanejev uit 1907 doet relatief gesproken vrij cerebraal aan. In het eerste deel is van een voortdurende nogal analytische ontwikkeling sprake en wordt een hecht klankweefsel ontwikkeld. Het scherzo heeft iets demonisch. Dan volgt een typisch Slavisch melancholiek, elegisch en het werk eindigt het een energieke finale. Toch is de balans aan het eind positief. Het werk verdient meer bekendheid.

Toen Rimsky zijn trio schreef in 1897 was hij al een meesterlijk orkestrator en dat vinden we teruggekoppeld in het trio terug. Het werk moest evenwel worden afgemaakt door zijn schoonzoon Maximilian Steinberg. Toch valt de componist in een blinddoek test moeilijk te raden. Het gaat om een standaard werk, dat het meest aan Mendelssohn herinnert. Het begint pittig en turbulent, een teer, warm scherzo volgt, dan volgt een langzaam deel dat is als een operaduet en de finale heeft iets theathraals.

Russische ensembles als het Moskou trio (Brilliant Classics 94712) lijken in deze muziek een streepje voor te hebben, maar hier blijkt dat ook de Engelsen van het Leonore trio de sleutel hebben gevonden tot de kern van deze muziek die ze heel genuanceerd en vitaal verklanken.

In het trio van Tanejev gingen o.m. het Oistrakh trio (Brilliant 9272), het Borodin trio (Chandos CHAN 8592), het Trio di Torino (RS RS 051-0093)  Repin/Harrell/Pletnev (DG 477.5419) het Leonore trio voor, maar alleen het Oistrakh trio maakte begin jaren vijftig dezelfde koppeling.

Wie de koppeling van Hyperion aanstaat, kan met een gerust hart toehappen.