Tischenko: Concert voor piano, viool en strijkorkest; Symfonie nr. 8; Liederen op tekst van Marina Tsvetayeva nr. 1-3. Chingiz Osmanov (v), Nikolai Mazhara (p) en Mila Shkirtil (ms) met het St. Petersburg staats symfonie orkest o.l.v. Yuri Serov. Naxos 8.573343 (59’11”). 2015
Een van de hoogtepunten van het Gergiev Festival 2017 was de uitvoering van het drie kwartier durende ballet De twaalf op een gedicht van Alexander Blok van Boris Tischenko uit 1963. Tevergeefs gezocht naar een opname van het werk, maar misschien is deze uitvoering vastgelegd, net zoals dat in 2008 gebeurde met de zesdelige Suite Jaroslavna op. 58 (RHPO 2008-1 (4 cd’s).
Het was aanleiding genoeg om eens een ‘Componistenportret’ te maken voor de betreffende rubriek en om deze kenmerkende opname tevoorschijn te halen en te bespreken. Als exemplarisch voor het werk van deze componist is deze uitgave zeer de moeite waard.
In het vierdelige dubbelconcert uit 2006 begint met een ‘Fantasia’ waarin beide solo instrumenten een heel treffend, maar wat hakkelend discours voeren wat tot vluchtigheid leidt. Geleidelijk wordt de muziek wat heftiger. Het ‘Rondo’ begint met zacht pianogetokkel terwijl de viool een lange, vlotte dans speelt., die herinnert aan de lange melodie uit Shostakovitch’ zevende symfonie. Imposanter is hierna de overpeinzende ‘Interlude’. De ‘Romance’ tot slot heeft een wat sentimenteel specifiek Russisch karakter. Afwisselend, origineel en boeiend is het zeker.
De bedoeling van de Symfonie nr. 8 uit 2008 was, dat deze onmiddellijk na Schuberts nr. 8, de Onvoltooide, zou worden gespeeld. Die stond model. Dus begint het andantino ook licht mystiek murmelend, maar klinkt verder heel eigentijds. In het allegro horen we prachtige bijdragen van fluit en hoorn. Het allegro heeft iets van een kil, afstandelijk menuet met heel mooi georkestreerde momenten. Pas in de allegro finale wordt echt de nodige energie ontwikkeld; dat gebeurt met stevige ostinati.
De drie Liederen op tekst van Tsvetayeva uit 1970, die hier in de zetting voor kamerorkest van Leonid Rezetdinov uit 2014 klinken, zin respectievelijk doortrokken van vrees, protest en urgentie. Mila Shkirtil weet de sfeer steeds heel juist en spiritueel te treffen.
Ook violist Chingiz Osmanov en pianist Nikolai Mazhara, zowel als het orkest van Yuri Serov laten horen dat de hebben begrepen waar het bij Tischenko om gaat en realiseren dat overtuigend.