Tüür: Altvioolconcert Illuminatio; Whistles and whispers from Uluru voor blokfluiten en strijkers; Symfonie nr. 8. Genevieve Lacey (blfl). Lawrence Power (va) met Tapiola Sinfonietta o.l.v. Olari Elts. Ondine ODE 1303-2 (63’47”).
Recente werken uit respectievelijk 2008, 2007 en 2010 van de in 1959 geboren Est Erkki-Sven Tüür. Het was altviolist Lars Anders Tomter die de aanzet gaf en het zelf ook speelde met het Ests Staatssymfonie orkest onder Elts op YouTube tot vierdelige lluminatio van Tüür, maar Lawrence Power is degeen die er de eerste cd opname van maakt. De componist omschrijft het concert als ‘een pelgrimstocht naar het eeuwige licht’.
De begint in een nogal koud en geheimzinnig klanklandschap maar groeit daarna uit met een steeds wisselende relatie tussen solist en orkest. Tot slot gaat inderdaad iets van een verwarmend orkestraal licht schijnen. Slagwerk en Glockenspiel spelen ook een belangrijke rol
De Australische blokfluitiste Genevieve Lacey en het Australisch kamerorkest waren degenen die de componist tijdens een vakantie op het Estse eiland Hiiuma tot het aan de geheimzinnige, voor aboriginals heilige woestijnrots Uluru in Australië inspireerden. De solisten dient daarvoor gebruik te maken van de hele blokfluitfamilie van sopranino to bas en weer terug. De vogeltjes die de componist in het voorjaar hoorde vonden er kwetterend en kraaiend ook een plek in gedurende het 14’12” durende werk dat veel vaart en continuïteit heeft. Ook hier is het slagwerk druk aanwezig en verraadt Tüür zich als oude rocker.
De Symfonie nr. 8 is een opdracht van het Schots kamerorkest en heeft inderdaad een kamermuzikale opzet en al zijn er drie delen, ze gaan in elkaar over.
De opname klinkt wat aan de schelle kant, maar is wel helder en rijk aan detail.