Torri: La vanità del mondo. Barbara Schlick (s., Piacere), Ingrid Schmithüsen (s., Grazia), Derek Lee Ragin (ct., Anima), Michael Schopper (bs., Mondo) met Musica antiqua Keulen o.l.v.  Reinhard Goebel. Musique en Wallonie MEW 1890 (2 cd’s, 1u. 31’39”). 1988

De Italiaanse organist en componist Pietro Torri (Peschiera ca. 1650 - München 1737) werd  in 1715 kapelmeester in München en werkte later ook in Brussel, de voormalige hoofdstad van de Spaanse Nederlanden, vandaar dat hij opduikt op een Belgisch cd label. Van zijn opera’s en oratoria zijn behalve La vanità del mondo nog Lucio Vero en Griselda en een tiental andere te noemen. Kenmerkend daarin zijn de obligate instrumentele partijen daarin.

Het werk is vooral interessant omdat het een voorloper is van de vroege Italiaanse oratoria van Händel

La vanità del mondo, zijn tweede oratorium over de ijdelheid der wereld met vier allegorische rollen ging in 1706 in Brussel in première. Deze nu pas uitgegeven opname is te danken aan een tijdens een festival voor gewijde muziek in het Zwitserse Fribourg uit 1988.

Het blijkt een compositie te zijn vol fraaie aria’s en met veel dramatische kracht. Dat alles wordt goed uitgebuit door de vier heel goede solisten en de briljante directie van Goebel.