Tye: In nomine a 4; ‘Trust’, ‘Rachells weepinge’ uit In nomine; Dum stransisset nr. 1; To farther, son and holy gjost; ‘Free from all’, ‘Rounde’, ‘’Weepe no more Rachell’, ‘Saye so’ , ‘Follow me’, ‘Crye’ ‘Howid fast’, ‘Seldom sene’, ‘Re la re’, ’Surrexit non est hic’, ‘Beleve me’, ‘Reporte’, ‘I come’, ‘My deathe bedde’, ‘Blamless’, ‘Farewell my good 1, for ever’ uit In nomine; Christus resurgens; Rubum quem viderat Moyses; Dum transset nr.3; Sit fast; In nomina a 5; Dum transiisset nr.2; O lux beata trintas; Dum transisset nr. 4; Amavit eum Dominus; In nomine a 6. Phantasm. Linn CKD 571 (67’00’). 2016
De Britse Renaissance componist Christopher Tye (ca. 1505 -1573) kreeg de nodige bekendheid als muziekleraar van Edward VI en koorleider van de kathedraal in Ely. Naast koorwerken componeerde hij ook kamermuziek, met name consortwerken voor gamba ensembles, zoals de 24 polyfone In nomines die hier zijn gebundeld.
Zo’n In nomina gaat terug tot In nomine Jesu, de beginwoorden van de antifoon Gloria tibi trintas als cantus firmus wordt gebruikt in vier tot zesstemmige instrumentale muziek, waarvan in het geval van Tye de strengheid nogal meevalt. Waarschijnlijk beschikte hij over enig gevoel voor humor, zoals blijkt uit de vrij behandeling van het driestemmige ’Sit fast’ waarin de klacht overgaat in een vrolijke dans (na een begrafenis).
Na opnamen met werken van Tye te hebben gehoord van Hespèrion XX (Astrée E 8708), Spirit of gambo (Musica Ficta MF 8022) en het Boreas kwartet (CPO 777.897-2), moet ik zeggen dat deze van Phantasm me het beste beval. Dit ensemble bestaat uit Laurence Dreyfus, Emilia Benjamin, Jonathan Manson, Mikka Perkola en Markku Luolajan Mikkola en het geeft een bijzonder inzicht in deze muziek en valt op door de vlotte wijze van musiceren die de schoonheid van het gespeelde doet opbloeien. Er is veel aandacht voor het detail en voor wisselende stemmingen en weten zo voor aangename verrassingen te zorgen.